mobiliteit

1. non-verbaal

2. rolstoel begleiding

2.1. de rolstoel is instaat om mee te werken

2.2. zorg dat je met de 3 seconden regel duwt

3. beroepshouding

3.1. verbaal

3.2. je moet kunnen uitleggen wat je bedoelt en verwacht een bepaalde reactie van de zorgvrager

4. valpreventie

4.1. het voorkomen van het vallen

4.2. oorzaak

4.2.1. evenwichts verlies

4.2.2. verminderde reactievermogen

4.2.3. verminderde spierkracht

4.3. sociale gevolgen

4.4. lichamelijke gevolgen

5. tilhulpmiddelen

5.1. steunende schoenen

5.2. spierspanning verdeeld over het lichaam

5.3. juiste houding

5.4. fysieke belasting

5.4.1. duidelijkheid over grenzen , zowel toelaatbaar als niet-toelaatbare belasting tijdens het werk

5.5. zithulpmiddelen

5.5.1. statische zithulpmiddelen

5.5.1.1. past zich niet aan de vorm

5.5.1.2. zit niet lekker

5.5.1.3. alleen voor patienten die in staat zijn om te verzitten

5.5.2. dynamische zithulpmiddelen

5.5.2.1. past zich aan de vorm van de zorgvrager

5.5.2.2. gemakkelijker voor de patienten

6. mobiliteitsproblemen

6.1. coordineren

6.2. evalueren

6.3. juiste beroepshouding

6.4. zorgbehoefte inschatten

7. zorgvrager in geschikte lichaamshouding leggen.

8. doelgroepen

8.1. baby , ouderen , peuter, kraamverzorger en zorgvrager die zijn geopereerd , baby's ouderen met verstandelijke beperking , revaliderende lichamelijke gehandicapten en psychiatrische zorgvragers.

9. taken

9.1. leren omgaan met rolstoel

9.2. zorgvrager verplaatsen naar een stoel of rolstoel

9.3. wisseling toepassen

10. wat is het ?

10.1. het verplaatsen van personen in een gebied

11. transferprotocool

11.1. onderdeel van zorgdossier

11.2. geeft per zorgvrager aan hoe transfer moet verlopen.

12. geschatte zorgbehoeften

12.1. hoeveel ondersteuning heeft hij nodig bij de mobiliteit

12.2. wat is het visueel vermogen

12.3. zorgvrager zijn klachten , energie en coördinatie vermogen.

13. observeren en disciplines

13.1. deskundigen inschakelen

13.2. ondersteunen bij bewegingstherapiËn