Opdrachten geven

Elementen om betere opdrachten te geven

Get Started. It's Free
or sign up with your email address
Opdrachten geven by Mind Map: Opdrachten geven

1. Woordenschat

1.1. Klaswoordenschat

1.2. Schoolwoordenschat

2. Grammatica

2.1. Imperatief

2.2. Jullie / je

2.3. Wederkerend voornaamwoord

2.4. Scheidbare werkwoorden

2.5. Modale partikels

3. Bord

3.1. Herhaling

3.2. Gewoontes

3.3. Nieuwe kennis

3.4. Synthese

4. AFP

4.1. Opdracht

4.1.1. Simpele, duidelijke taal

4.1.2. Elementen

4.1.2.1. Context?

4.1.2.2. Taak

4.1.2.3. Taal

4.1.2.4. Groepsvorming

4.1.2.4.1. Alleen

4.1.2.4.2. Per twee

4.1.2.4.3. Samen

4.1.2.5. Tijd

4.1.2.6. Verbetering

4.1.2.7. Evaluatie

5. Lichaamstaal

6. Taalfuncties: klastaal

6.1. Instructies

6.1.1. Oefeningen

6.1.1.1. Jeu didactique

6.2. Opdrachten

6.2.1. Vaardigheden

6.2.1.1. Luisteren

6.2.1.2. Lezen

6.2.1.3. Spreken zonder interactie

6.2.1.4. Spreken met interactie

6.2.1.5. Schrijven

6.2.1.6. Jeu didactique

6.3. Discipline

7. Uitspraak

7.1. Intonatie

8. Feedback aan leerlingen

9. Taalbad