Hoofdstuk 4

1. Stedelijk netwerk

1.1. groep samenwerkende steden

1.1.1. cultureel

1.1.2. sociaal

2. Inrichting Nederland

2.1. investeringen meer concentreren op de Randstad

2.1.1. economisch verantwoord

2.1.2. verbetering vestigingsklimaat

2.1.3. metropoolvoriming

2.1.3.1. clusters

2.1.3.2. veel hoogopgeleiden

2.1.3.3. ruime afzetmogelijkheden

2.1.3.4. goede woonomgeving

3. Zwake punten Randstad

3.1. grote concurentie

3.1.1. Frankfurt

3.1.2. Milaan

3.1.3. Madrid

3.2. relatief kleinere arbeidsproductieviteit

3.3. achterblijven uitgaven research en development

3.4. relatief kleine bevolkingsomvang

3.5. bereikbaarheid per spoor

4. Tweedeling randstad

4.1. noordvleugel

4.1.1. dynamisch

4.1.1.1. mainport Schiphol

4.1.2. groeit richting het vertedelijkte platteland

4.2. zuidvelugel

4.2.1. minder dynamisch

4.2.2. groeit richting België

5. Regionale samenhang

5.1. ruimtelijke samenhang

5.1.1. woon-werkrelaties

5.1.2. gebruik centrale voorzieningen

5.2. openbaar vervoer

6. Bestuur

6.1. versnipperd

6.1.1. meerdere provincies

6.1.2. meerdere gemeenten

6.2. herindelingen faalden

7. Randstad 2040

7.1. toename van 500000 woningen

7.2. groei huishoudens Noordvleugel

7.2.1. verbeterde positie Schiphol

7.2.2. schaalsprong Almere

7.3. grote economische betekenis voor Nederland