Want dat soort gast ben ik

Get Started. It's Free
or sign up with your email address
Want dat soort gast ben ik by Mind Map: Want dat soort gast ben ik

1. Vertelperspectief

1.1. Vertellende ik

1.1.1. "In de fractie van een seconde die volgde zak ik hoe zijn gelaat vervormde, alsof iemand het bewerkte met zo'n speciaal effect zoals in de films."

2. Structuur

2.1. Begin

2.1.1. In media res

2.1.1.1. "Uiteraard ziet het er niet goed uit,..."

2.2. Slot

2.2.1. Open einde

2.2.1.1. "... mijn wendaarheid speelde in mijn voordeel"

3. Tijd

3.1. Constante tijdssprongen van heden naar verleden en omgekeerd

4. Personages

4.1. Protagonist

4.1.1. De persoon die het verhaal vertelt

4.1.1.1. Ijdel

4.1.1.1.1. "Als we voetballen 's zaterdags, zie ik soms openingen, ploegmaats die vrijstaan in m'n rug; dat hebben die andere jongens niet."

4.1.1.2. Licht ontvlambaar

4.1.1.2.1. "Daarna sloeg ik nog eens."

4.2. Nevenfiguur

4.2.1. Lisa

4.2.1.1. Kassierster

4.2.1.1.1. "Daar zat ze, Lisa, in haar eentje achter de kassa."

4.3. Antagonist

4.3.1. Fransman

4.3.1.1. Witte sportschoenen

4.3.1.1.1. "De klant was zo'n gladde kerel met witte sportschoenen aan, en kort, gekruld blond haar."

4.3.1.2. Kort, blond gekruld haar

4.3.1.2.1. Zie boven

4.3.1.3. Frans accent

4.3.1.3.1. "Hij begon met Lisa te flirten, vlak voor mijn neus, en hij had een bekakt Frans accent."

5. Korte inhoud