1. docenten
1.1. betrokken
1.2. bevoegd
1.3. bekwaam
1.4. motiverend naar leerlingen toe
1.5. positieve instelling naar leerlingen toe
1.6. op de hoogte van de laatste ontwikkelingen
1.7. in staat zijn om te differentieren
1.8. in staat zijn om de leerstof op verschillende manieren aan te bieden
2. leerstof
2.1. leerstof moet uitnodigen om te leren
2.2. leerstof moet motiveren
2.3. leerstof moet passen bij de belevingswereld van de leerling
2.4. sport is een belangrijk onderdeel, veel vmbo leerlingen hebben die beweging echt nodig
3. zorg
3.1. Remedial Teaching
3.1.1. zorg voor dyslectische leerling
3.1.2. zorg voor leerling met dyslcalculie
3.1.3. zorg voor de leerling met leerproblemen
3.2. extra ondersteuning in de klas
3.2.1. voor de leerling met de extra zorgvraag
3.3. extra ondersteuning buiten de klas
3.3.1. voor de leerling voor wie de zorg binnen de klas niet voldoende is
3.4. huiswerkklas
3.5. zorcoordinator
3.5.1. voor leerlingen met gedragsmoeilijkheden (onder andere)
4. gebouw
4.1. mogelijkheid voor een stiltelokaal voor bijvoorbeeld autistische leerlingen, hooggevoelige leerlingen
4.1.1. up to date praktijklokalen
4.2. gezonde leefstijl,
4.3. open lokalen
4.4. veel frisse lucht
5. organisatie
5.1. geen lange dagen
5.2. goede voorzieningen voor ICT
5.3. veel overlegmomenten (niet te lang)
5.4. open communicatie
5.4.1. collegiale consultatie moet gewoon zijn
5.4.2. je moet elkaar kunnen aanspreken op elkaars gedrag (positief en negatief)
5.5. mogelijkheid tot experimenteren in de les met werkvormen etc
6. visie
6.1. Het kind staat centraal!
6.1.1. kind kan een eigen programma volgen, mits dit binnen het basisrooster past
6.2. openbaar onderwijs
6.2.1. wel aandacht voor de verschillende geloofsovertuigingen
6.3. mogelijkheid tot het volgend van lessen op verschillende niveaus
6.4. ISK
6.4.1. nadruk op taalverwerving
6.4.2. bij voldoende kennis van het Nederlands moet deze leerling ook de mogelijkheid hebben om in een reguliere klas zaakvakken of een vreemde taal te volgen