Pedagogisch Kader

1. Democratische waarden en normen

1.1. samen delen

1.2. elkaar helpen

1.3. samen conflicten oplossen

2. Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind

2.1. Kinderen hebben recht op fysieke en emotionele veiligheid en bescherming van hun integriteit

2.2. Kinderen hebben recht op verbondenheid met hun ouders en op respect voor de culturele identiteit van hun familie.

2.3. Kinderen hebben recht om te leren en om hun talenten te ontwikkelen.

2.4. Kinderen hebben recht om gehoord te worden en om bij te dragen aan de sociale groep of gemeenschap.

2.5. Kinderen hebben recht op respect voor diversiteit, en daarmee samenhangend.

3. Pedagogische principes

3.1. LICHAMELIJKE EN EMOTIONELE VEILIGHEID EN WELBEVINDEN.

3.2. SAMENWERKING MET DE OUDERS

3.3. KINDEREN LEREN SPELEND EN ACTIEF IN RELATIE MET HUN OMGEVING

3.4. DE PEDAGOGISCH MEDEWERKERS HEBBEN EEN ACTIEVE ROL

3.5. DE PEDAGOGISCH MEDEWERKERS HEBBEN EEN ACTIEVE ROL

3.6. DE DOORGAANDE LIJN.

4. De opbouw van het Pedagogisch kader

4.1. De theorie

4.2. De praktijk

4.3. Verzorg-leeractiviteiten

4.4. Speel-leeractiviteiten

5. Verschillen tussen gezin en kindercentrum

5.1. Verschil in emotionele band.

5.2. Verschil in organisatie

5.3. Verschil in omgeving.

5.4. Verschil in aantal kinderen.

6. Planmatig werken

6.1. meer planmatig dan in gezin

6.2. op elkaar afstemmen

6.3. ouders verwachten duidelijke bijdrage opvoeding

7. Bouwstenen voor een theoretisch kader

7.1. 1. Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind.

7.2. 2. Democratische waarden en normen.

7.3. 3. De Wet kinderopvang en het Convenant Kwaliteit Kinderopvang

7.4. 4. Ontwikkelingspsychologische inzichten.

7.5. 5. Gesystematiseerde praktijkkennis

8. De Wet kinderopvang en het Convenant Kwaliteit Kinderopvang

8.1. Samenwerking met ouders

8.2. Bieden van veiligheid en verbondenheid

8.3. Overdragen van waarden en normen

8.4. Verwerven van sociale en persoonlijke competenties.

9. Ontwikkelingspsychologische inzichten

9.1. Piaget

9.2. Vygotsky

9.3. Erikson

9.4. Bowlby

10. Instrumenten om kwaliteit te toetsen

10.1. HOLISTISCHE BENADERING

10.2. AUTONOMIE EN VERBONDENHEID.