Nederland en Indonesië
by Felice Noverraz
1. Cultuurstelsel
1.1. Voor Nederland een groot succes
1.2. 1830
1.2.1. Ingevoerd
1.3. 1831
1.3.1. Winst gemaakt
1.4. 1830 - 1870
1.5. Door Nederlanders in 1830 ingevoerd landbouwstelsel op Java, waarbij de boeren producten moesten verbouwen en daarvan 1/5 afgeven aan Nederland
2. Liberalen
2.1. Politieke stroming die zoveel mogelijk opkomt voor de vrijheid van de burgers
2.2. Na 1848 veel invloed in Nederland
3. Koelies
3.1. Contractarbeider die zwaar werk doet voor weinig loon en met weinig rente
3.2. 1907
3.2.1. Nieuwe wetten
3.2.1.1. Verzorging
3.2.1.2. Eten
3.2.1.3. Betaling
4. Modern Imperialisme
4.1. Europese landen veroveren grondgebied van Azië en Afrika om een zo groot mogelijk rijk te krijgen
4.2. Soort wedstrijd tussen de Europese landen
4.3. Tussen 1870 - 1900
5. Volksraad
5.1. Door de Nederlandse regering opgerichte raad om de inwoners van Indonesië inspraak te geven in het bestuur
5.2. 1916
5.3. Mocht alleen advies geven en geen beslissingen nemen
6. PNI
6.1. Partai National Indonesia
6.2. De Indonesische nationale partij, met als leider Soekarno
6.3. 1927
7. Reizen
7.1. Vasco da Gama
7.1.1. Portugese Ontdekkingreiziger
7.1.2. 1498
7.1.3. Eerste van Europa naar Azië
7.2. Willem Barentsz en Jacob Heemskerk
7.2.1. Noordelijke route
7.2.2. Vast te zitten in ijs van Nova Zembla
7.3. Cornelis de Houtman en Pieter de Keijzer
7.3.1. Zuidelijke route
7.3.2. 1596
8. Spercerijen
8.1. Vanaf 1498 brachten Portugese schepen veel kostbare specerijen vanuit Azië naar Europa
8.2. Peper en nootmuskaat
9. VOC
9.1. Verenigde Oost-Indische Compagnie
9.2. 1602
9.2.1. Recht om oorlog te voeren
9.3. Handelsmonopolie
9.3.1. Geen concurrentie
9.4. Handelsposten
9.4.1. Belangrijkste was Batavia op Java
9.5. 1798
9.5.1. Nederland nam regering en schulden over
10. Pacificatie
10.1. Eiland na eiland werd door het KNIL bezet en onder Nederlands gezag geplaatst
10.1.1. Koninklijk Nederlands Indische Leger
11. Ethische Politiek
11.1. Politiek van de Nederlandse regering in Indonesië vanaf 1900
11.2. De gedachte was dat Nederland niet alleen mocht profiteren van Indonesië maar ook moest zorgen voor betere ziekenzorg en scholing
11.3. Onbedoeld gevolg
11.3.1. Nationalisme nam toe