1. 1) spelmethode
1.1. synthetische/samenstellende methode
1.1.1. lettergroep-en lettergreeplezen
1.1.2. beklemtoning van automatisatie
1.1.3. naast script ook geschreven letter
1.1.4. noot
2. 3) normaalwoordenmethodes
2.1. klinker-medeklinkerverbindingen
2.2. rechttoe rechtaanmethode
2.3. Lustig Volkje
2.3.1. An en Jan
2.4. inspirerend DSM
3. 4) analytische- synthetische methodes
3.1. auditieve vooroefeningen
3.2. methode Hoogeveen
3.2.1. aap, noot, mies
3.2.1.1. 3 leesfases
3.2.1.1.1. aanbreng zeventien voorbeeldwoorden
3.2.1.1.2. auditieve analyse en visuele herkenning van de letterkaartjes
3.2.1.1.3. leren van letters via analyse en synthese
3.3. beoordeling
4. lezen met alfabetnamen
4.1. 2) klankmethode
4.1.1. invoeren klassikaal onderwijs
4.1.2. de methode van Comenius
4.1.2.1. spelleesmethode
4.1.2.2. aanschouwelijkheidsonderwijs
4.1.3. Ickelsamer
4.1.4. Schneiter
4.1.5. Nieuwold
4.1.6. methode Prinsen (en Pietersz)
4.1.7. structuurmethodes
4.1.7.1. veilig leren lezen
4.1.7.1.1. globaal herkennen v woorden
4.1.7.2. letterstad
4.1.7.2.1. kleuters -> klankdorp
4.1.7.3. leesland
4.1.8. methode Prinsen
4.1.8.1. rechttoe rechtaan methode
4.2. wastafeltje
4.3. ABC-plankjes
4.4. hornboek
4.4.1. getallen
4.4.2. Onzevader
4.4.3. tien geboden
4.4.4. symbolum vh geloof
4.5. ABC-boek
4.5.1. abecedaria
4.6. haneboek
4.6.1. 16 pagina's
4.6.2. alfabet in ≠ lettertypes
4.6.3. twaalf artikelen des geloofs
4.6.4. tien geboden
4.6.5. Onze vader
4.6.6. andere gebeden
4.7. kritiek!
4.7.1. Ickelsamer