1. Wat is differentiatie?
1.1. Omgaan met verschillen
1.2. Niet wegwerken maar op inspelen
1.3. Een verhoogd leerrendement faciliteren voor elke leerling
1.4. Extern/Intern
2. BKD volgens verschillen in
2.1. Leerstatus (o.a. voorkennis, wat wordt er geleerd?)
2.1.1. (meta)cognitieve vaardigheden
2.1.2. Sociale en affectieve vaardigheden
2.1.3. Motorische vaardigheden
2.2. Interesse (motivatie, leefwereld, waarom wordt er geleerd?)
2.2.1. keuzedifferentiatie: kiezen van opdrachten en leerinhoud
2.3. Leerprofiel (voorkeuren, strategieën hoe wordt er geleerd?)
2.3.1. Leertempo
2.3.2. leerstijl
2.3.3. Werkvorm
2.3.4. Opdrachten
3. Het BKD-leer-kracht-model: Proactief, positief, en planmatig omgaan met verschillen tussen leerlingen in de klas door optimale leerkansen te bieden om tot krachtig leren te komen. (UDL)
4. Aspecten van het leren
4.1. Inhoud
4.1.1. Focus op leerinhoud en leerdoelen
4.1.1.1. Basisdoelen
4.1.1.2. Uitbreidingsdoelen
4.1.1.2.1. Verbredingsdoelen
4.1.1.2.2. Verdiepingsdoelen
4.2. Proces
4.2.1. Focus op leeractiviteiten
4.2.1.1. Differetiatie in leerhulp: Sturing door leerkracht
4.2.1.1.1. Strak gestuurd
4.2.1.1.2. Gedeelde sturing
4.2.1.1.3. Los (zelfgestuurd)
4.2.1.2. Variëren in didactische Werkvormen
4.2.1.2.1. Geen differentiatie
4.2.1.2.2. Differentiatie mogelijk
4.2.1.2.3. Manieren waarop didactische werkvormen differentiërend kunnen werken
4.3. Product
4.3.1. Focus op leerprestaties
4.3.1.1. Evaluatie
4.3.1.1.1. Evalueren van gedifferentieerde doelen
4.3.1.1.2. Feedback rekening houdende met persoonlijke leerweg van leerlingen
4.3.1.1.3. Formatieve evaluatie: observatie, vraagstelllen, (peer)feedback, tussentijdse begeleidingsgesprekken,..)
4.3.1.1.4. Summatieve evaluatie: differentieren in soort en moeilikheidsgraad van vragen in toetsen of examen,