Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
Burgerschap Door Mind Map: Burgerschap

1. Politiek

1.1. Dictatuur

1.1.1. 1 persoon of een groepje mensen die het land overheerst

1.1.1.1. Mensen hebben zeer weinig vrijheid van meningsuiting

1.2. Democratie

1.2.1. Indirect

1.2.1.1. Burgers kunnen stemmen

1.2.2. Direct

1.2.2.1. Beslissingen worden gekozen door volksvertegenwoordiger

1.2.3. Het volk regeert en mag meebepalen wat er in het land gebeurd bijvoorbeeld wetten.

1.3. Parlement

1.3.1. Fractievoorzitter

1.3.1.1. Elke partij heeft een eigen fractievoorzitter

1.3.1.1.1. PVV

1.3.1.1.2. PvdA

1.3.1.1.3. VVD

1.3.1.1.4. CDA

1.3.1.1.5. FvD

1.3.1.1.6. D66

1.3.1.1.7. Groen links

1.3.1.1.8. 50 Plus

1.3.1.1.9. DENK

1.3.1.1.10. SP

1.3.1.1.11. PvdD

1.3.1.1.12. CU

1.3.1.1.13. SGP

1.3.2. Fractiespecialist

1.3.2.1. Kamerleden die zich toeleggen op een bepaald gebied, zoals onderwijs, belastingen of defensie.

1.4. Kiesrecht

1.4.1. Passief

1.4.1.1. Recht om zich kandidaat te stellen

1.4.2. Actief

1.4.2.1. Recht om een stem uit te brengen

1.4.3. Het recht van iemand om deel te nemen aan een politiek proces

1.4.3.1. Bijvoorbeeld door:

1.4.3.1.1. Te stemmen op een partij naar zijn of haar voorkeur

1.4.3.1.2. Door zich kandidaat te stellen voor een volksvertegenwoordiger

1.4.4. Iemand die kiesrecht heeft word kiesgerechtigde genoemd

1.5. Kabinet

1.5.1. Eerste kamer

1.5.1.1. 75 Parlementariërs

1.5.1.2. Taken

1.5.1.2.1. Medewetgever

1.5.1.2.2. Beschikt over controlerechten

1.5.1.3. De leden van de Eerste Kamer worden niet rechtstreeks door het volk, maar via getrapte verkiezingen door de leden van de Provinciale Staten verkozen.

1.5.2. Tweede kamer

1.5.2.1. Is de landelijke volksvertegenwoordiging van Nederland en wordt rechtstreeks door het volk gekozen.

1.5.2.2. De tweede kamer bestaat uit:

1.5.2.2.1. Ministers

1.5.2.2.2. Staatssecretarissen

1.5.2.3. Heeft 150 zetels

1.5.2.3.1. Een zetel is een stoel in de tweede kamer

1.5.2.3.2. Hoe meer zetels een partij heeft, hoe meer stemmen hij heeft in het kabinet

1.6. Prinsjesdag

1.6.1. Derde dinsdag van September

1.6.2. In de ridderzaal

1.6.2.1. De troonzaal

1.6.3. Het koffertje

1.6.3.1. Miljoenennota

1.6.3.1.1. Hierin staan de plannen van het kabinet

1.6.3.1.2. En hierin staat hoe de plannen worden betaald

1.6.3.2. Rijksbegroting

1.6.3.2.1. Begrotingen van alle ministers samen

1.6.3.2.2. In de rijksbegroting staat hoeveel de ministers krijgen

1.6.3.2.3. In de rijksbegroting staat welke uitgaven ze verwachten aankomend jaar

1.6.4. Begin van het nieuwe jaar voor eerste kamer en tweede kamer

1.6.5. Sinds 1814

1.6.6. Gouden koets

1.6.6.1. Gemaakt tussen 1897 en 1898

1.6.6.1.1. Op 7 februari 1901 als eerst gebruikt

1.6.6.2. Gemaakt van Javaans teakhout bekleed met bladgoud.

1.6.6.2.1. 120 mensen hebben mee geholpen et bouwen

1.6.6.3. Gebruik:

1.6.6.3.1. Word gebruikt door staatshoofd

1.6.6.3.2. Word gebruikt door troonopvolger

1.6.7. Hoedjes

1.6.7.1. Sinds 1977

1.6.7.1.1. Drie vrouwen droegen die dag een hoed

1.6.7.2. Erica Terpstra

1.6.7.2.1. Eerbetoon aan de koningin

1.6.7.2.2. Eerste vrouw die een hoed droeg

1.6.7.3. Iedere vrouw draagt een hoed

1.6.7.3.1. Hij moet opvallen

1.6.7.4. Ze vragen aandacht voor:

1.6.7.4.1. Actuele thema's

1.6.7.4.2. Eigen politiek agenda

1.7. Nieuw parlement in Duitsland

1.7.1. In Beieren

1.7.2. 9,5 miljoen inwoners mogen hun stem uitbrengen voor een nieuw parlement

1.7.3. Al tientallen jaren zijn de christendemocraten aan de macht

1.7.3.1. Maar dit keer moeten ze veel moeten inleveren

1.7.3.1.1. Dit komt door de vluchtenlingencrisus van 2015

1.7.4. De groene worden de tweede partij

2. Juridisch

2.1. Wetgeving

2.1.1. Formele zin

2.1.1.1. Is een gezamenlijk besluit van de regering en Staten-Generaal volgens een grondwettelijke procedure

2.1.2. Materiële zin

2.2. Straffen

2.2.1. Straffen zijn er als iemand wat fout doet

2.2.2. Soorten straffen

2.2.2.1. Taakstraf

2.2.2.1.1. De rechter mag een taakstraf opleggen bij lichte strafbare feiten zoals verkeersovertredingen.

2.2.2.2. Gevangenisstraf

2.2.2.2.1. Tijdelijk

2.2.2.2.2. Levenslang

2.2.2.3. Boete

2.2.2.3.1. Voor alle strafbare feiten kan de rechter een geldboete opleggen

2.3. Zeven mannen opgepakt die plannen hadden om een grote terroristische aanslag te plegen in Nederland

2.3.1. Woonplaats van de mannen:

2.3.1.1. Arnhem

2.3.1.2. Huissen

2.3.1.3. Rotterdam

2.3.1.4. Vlaardingen

2.3.2. Een 34-jarige Irakees uit Arnhem wordt door het OM gezien als centrale figuur in de groep.

2.3.2.1. Hij zit nog in proeftijd

2.3.2.2. Hij werd vorig jaar veroordeeld tot een celstraf van 24 maanden

2.3.2.2.1. Waarvan 21 voorwaardelijk

2.3.2.2.2. Dit kwam omdat hij geprobeerd had om naar Syrië uit te reizen

2.3.3. De mannen wilde veel slachtoffers maken

2.3.3.1. Dit wilde ze doen met:

2.3.3.1.1. AK47's

2.3.3.1.2. Handvuurwapens

2.3.3.1.3. Handgranaten

2.3.3.1.4. Bomvesten

2.3.3.1.5. Grondstoffen voor één of meer autobommen

2.3.4. De aanhouding

2.3.4.1. Tijdens de aanhouding waren ze in bezit van vijf handvuurwapens

2.3.4.2. De aanhouding is gedaan door antiterrorismeteams van de Dienst Speciale Interventies

2.3.4.2.1. De DSI werd ondersteund door observatieteams en helikopters

2.3.5. Doelwit

2.3.5.1. Het doelwit van de aanslag is onbekend

2.4. Een jeugdleider van de scouting in Goes wordt verdacht van het brandmerken van drie kinderen

2.4.1. Rechtbank

2.4.1.1. Rechtbank zegt dat het niet met opzet is gebeurd

2.4.1.2. Er zijn zeven maanden cel geëist en maar drie voorwaardelijk

2.4.2. De actie

2.4.3. Slachtoffers

2.4.3.1. 3 kinderen

2.4.3.2. Leeftijd van 10 t/m 12 jaar

2.4.3.3. Jongens