Onderzoeksactiviteiten met intergratie van taalactiviteiten

1. Brouwers (2015) schrijft: ''Onderwijs is alleen ontwikkelend, als het kind de dingen die het leert ook tot eigen, bruikbare cognitieve instrumenten smeedt.''

1.1. Wanneer leerlingen zelf onderzoeken hoe hun eindproduct er uit kan komen te zien, worden zij autonoom over hun eigen leren en smeedt het eigen, bruikbare instrumenten.

1.2. Iedere leerling kan op zijn/haar eigen niveau onderzoeken. De mate van begeleiding door de leerkracht verschilt per kind.

2. De leerlingen onderzoeken wat er op een goede filmposter staat

2.1. De leerlingen analyseren bestaande filmposters

3. De leerlingen onderzoeken hoe je een korte samenvatting over een film schrijft

3.1. De leerlingen maken een woordweb over hun ultieme film

3.2. De leerlingen schrijven de hoofdgedachte voor hun film

4. De leerlingen onderzoeken recensies van films: opbouw, positief, negatief, taalgebruik

4.1. De leerlingen schrijven een recensie over een toneelstuk dat we gaan kijken

4.2. De leerlingen arceren positief en negatief taalgebruik in bestaande recensies

5. De leerlingen onderzoeken welke vragen een goed interview bevat

5.1. De leerlingen stellen een interview op voor een acteur/zanger die in de klas komt

6. De leerlingen leren 40 woorden m.b.t. plankenkoorts. Elke dag behandelen we een deel = 13 of 14.

7. De 40 woorden worden op een speelse manier geoefend door het doen van galgje, het maken van woordzoekers met de woorden en met het spelen van memory met de woorden. Dit gebeurt in circuitvorm.