DOEL VAN ECONOMISCHE WETENSCHAP: Definitie=> de studie van het menselijk streven naar bevrediging

Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
DOEL VAN ECONOMISCHE WETENSCHAP: Definitie=> de studie van het menselijk streven naar bevrediging Door Mind Map: DOEL VAN ECONOMISCHE WETENSCHAP: Definitie=> de studie van het menselijk streven naar bevrediging

1. Soorten goederen

1.1. VRIJE GOEDEREN

1.1.1. overvloedig aanwezig in de natuur

1.2. ECONOMISCHE GOEDEREN

1.2.1. zuiver individuelen goederen vb. fles wijn

1.3. ZUIVER COLLECTIEVE GOEDEREN

1.3.1. word door iedereen gebruikt vb. straatverlichting, snelwegen BE

1.4. QUASI COLLECTIEVE GOEDEREN

1.4.1. Word door iedereen gebruikt tegen betaling vb. tolbrugjes, péage onderwijs

2. Economische goederen

2.1. CONSUMPTIE GOEDEREN

2.1.1. verbruik en gebruiks goederen

2.2. INVESTERINGS GOEDEREN

2.2.1. kapitaal en vlottende investerings goederen

2.3. VB: een auto in een bedrijf = een kapitaal goed. auto particulier = gebruiksgoed

3. Soorten productie factoren

3.1. NATUUR

3.1.1. grondstoffen en energie

3.2. ARBEID

3.2.1. alle mogelijke prestaties (fysiek&intellectueel)

3.3. KAPITAAL

3.3.1. reële kapitaal goederen

4. Micro,meso,macro economie

4.1. MICRO

4.1.1. gedrag van een individuele vb. gezin of bedrijfs huishouden, google,bekaert

4.2. MESO

4.2.1. bepaald huishouden vb. bedrijfstak, supermarkten, autosector, bierfabriek

4.3. MACRO

4.3.1. De grote economische eenheden vb. euro, ECB (europeese centrale bank), belgische economie

5. Menselijke handelen

5.1. BEHOEFTEN

5.1.1. aanvoelen van tekorten, ernaar streven om tekorten te bevredigen

5.2. SCHAARSE MIDDELEN

5.2.1. goederen & diensten door inkomsten kun je niet al je behoeften bevredigen

5.3. KEUZE PROBLEEM

5.3.1. economisch principe: met het inkomen dat je hebt zoveel mogelijk behoeften bevredigen

6. Soorten behoeften

6.1. PRIMAIRE

6.1.1. Levensnoodzakelijke: vb. voeding

6.2. IMMARTERIËLE

6.2.1. Kennis: vb. onderwijs, ontspanning

6.3. COLLECTIEVE

6.3.1. Gemeenschappelijk: vb. wegen, recreatie,onderwijs

6.4. INDIVIDUELE

6.4.1. Luxe, eigen keuze: vb. kledij, luxe, ontspanning

7. ceteris paribus-clausule

7.1. HET OVERIGE GELIJKBLIJVENDE= 1 IETS VERANDERD DE REST BLIJFT