Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
RZL Door Mind Map: RZL

1. Verander mens- en wereldbeeld

1.1. Het traditionele wereldbeeld

1.1.1. 500 – 1500 na chr

1.1.2. = samenleving & heelal als hiërarchisch en organisch geheel

1.1.3. De mens = afhankelijk, niet autonoom

1.1.4. De werkelijkheid = als levend organisme: hiërarchisch en organisch geheel

1.1.5. God(en) = vanzelfsprekend

1.1.6. De tijd = cyclisch

1.1.7. De moraal = voorgegeven door de Schepper

1.1.8. Het leven = platteland & dorpscultuur

1.1.9. Germaanse religiositeit

1.1.9.1. Polytheïstisch

1.1.9.2. Hiërarchie

1.1.9.3. Niet relationeel

1.1.10. Primitieve religiositeit

1.1.10.1. Animisme

1.1.10.2. Mythologie

1.1.11. Christelijke godsdienst

1.1.11.1. Monotheïsme

1.1.11.2. Transcendent

1.1.11.3. Openbaring van Godswege

1.1.11.4. God sluit een verbond

1.1.12. Grieks denken: Plato

1.1.12.1. Promoot de ideënwereld

1.1.12.2. Idealisme : an sich & fur mich

1.1.12.3. Denkende/wetenschappelijke verklaring voor alles

1.2. Het moderne wereldbeeld

1.3. Het postmoderne wereldbeeld

2. Inleiding

2.1. Filosoferen

2.1.1. Filosofie = philosophia Sophia = wijsheid Philo = vriend van

2.1.2. Nadenken

2.1.2.1. Filosofie= wetenschappelijk streven naar kennis om de tijd en wereld te doorgronden

2.1.2.2. = epochaal: een onderbreking, even pauze nemen,..

2.1.2.3. Start bij nadenken & reflectie

2.1.3. Radicaal en fundamenteel nadenken

2.1.3.1. An sich = zoals ze is

2.1.3.2. Fur mïch = zoals wij ze zien

2.1.3.3. Filosofie:

2.1.3.3.1. Benadert werkelijkheid in haar geheel

2.1.3.3.2. Radicaal = graaft naar de wortels van de werkelijkheid

2.1.3.3.3. Fundamenteel= dringt door tot de fundamenten van de werkelijkheid

2.1.4. Radicaal en fundamenteel nadenken vanuit een verwondering

2.1.4.1. Verwondering is kracht die de mens in de richting van het filosoferen voortstuwt

2.1.4.2. Verwondering = Een nieuwe ervaring die niet of moeilijk in het systeem past dat je gevormd hebt

2.1.4.2.1. Spontaan getroffen worden

2.1.4.2.2. Zekere wonde

2.1.4.2.3. Bewondering & fascinatie