
1. 1. Eindtermen (ET) en ontwikkelingsdoelen (OD) opgesteld door de Vlaamse overheid
1.1. ET: resultaatsverplichting = moeten bereiken
1.2. OD: inspanningsverplichting = nastreven maar niet noodzakelijk moeten bereiken (Bv. kleuteronderwijs, buitengewoon onderwijs, OKAN)
1.3. NIEUWE ET sinds 1/09/2019 (ingevoerd per graad)
1.3.1. 16 sleutelcompetenties (zie afbeelding 'puzzel') > ET niet meer gekoppeld PER vak!
1.3.1.1. Per sleutelcompetentie > bouwstenen= inhoudelijk richting geven
1.3.1.2. Transversale ET = donkerblauw Samenhang met andere sleutelcompetenties. Gelijk voor A- en B- stroom
1.3.1.2.1. Voorbeeld: sleutelcompetentie 13 'samenwerken' wordt gestimuleerd binnen verschillende inhoudelijke ET en kan dus niet losstaand worden gezien.
1.3.1.3. Inhoudelijke ET = groen Verschillend voor A- en B-stroom
1.3.1.4. Mix van transversale en inhoudelijke ET = azuurblauw
1.3.2. 4 soorten eindtermen
1.3.2.1. 1. 'algemene' Eindtermen > populatieniveau = meerderheid van de lln.
1.3.2.2. 2. Specifieke eindtermen = specifieke ET binnen een bepaalde studierichting. > populatieniveau = meerderheid van de lln.
1.3.2.3. 3. Eindtermen basisgeletterdheid (= basisniveau) > individueel niveau = ELKE lln.
1.3.2.4. 4. Uitbreidingsdoelen Nederlands > bepaalde populatie = verdieping/ verbreding voor bepaalde lln.
1.3.3. Formulering van de ET volgens de Taxonomie van Bloom
1.3.3.1. Meer info zie > 5. Lesdoelstellingen
2. 2. Leerplannen= concretisering van de ET door de onderwijskoepels
2.1. Opgesteld per vak en per graad
2.2. Hét uitgangspunt voor elke leraar, belangrijk dat je het juiste leerplan gebruikt!
2.3. Verbredingsdoelen = bijkomende doelen rond eenzelfde onderwerp
2.4. Verdiepingsdoelen = moeilijkere doelen rond eenzelfde onderwerp
2.5. ! Door nieuwe ET in de 1e graad (sinds 1/09/2019) > nieuwe leerplannen in de 1e graad
2.5.1. Katholiek onderwijs
2.5.1.1. Leerplan gekoppeld aan een vak. Werken nog met lessentabellen. Tool: LLinkid
2.5.2. Gemeenschapsonderwijs
2.5.2.1. Eén grote bundeling van ALLE leerplandoelen. GEEN lessentabellen meer. Tool: GO! Navigator
2.6. Soorten leerplannen
2.6.1. Vakleerplan: een leerplan per vak / per graad
2.6.2. Geïntegreerde leerplannen: integratie van praktijk en theorie van een vak
3. 3. Schoolwerkplan
3.1. Neerschrijven van een visie op schoolniveau (meestal door de schoolraad).
3.1.1. Eigen planning
3.1.2. Focus op bepaalde thema's: pesten, duurzaamheid, diversiteit, ...
3.1.3. Eigen opvoedingsproject
4. 4. Jaarplannen
4.1. Per vak, per schooljaar
4.2. In de vakwerkgroep bepalen de leraren welke inhouden men wanneer zal behandelen = planning per vak, per schooljaar = concreet plan van aanpak van het leerplan.
5. 5. Lesdoelstellingen
5.1. Competentie = combinatie van kennis, vaardigheden en attitudes.
5.1.1. Cognitieve dimensie
5.1.1.1. 6 cognitieve denkniveaus
5.1.1.1.1. Onthouden
5.1.1.1.2. Begrijpen
5.1.1.1.3. Toepassen
5.1.1.1.4. Analyseren
5.1.1.1.5. Evalueren
5.1.1.1.6. Creëren
5.1.1.2. 4 soorten kennis
5.1.1.2.1. Feitenkennis
5.1.1.2.2. Conceptuele kennis
5.1.1.2.3. Procedurele kennis
5.1.1.2.4. Metacognitieve kennis
5.1.2. Psychomotorische dimensie
5.1.3. Affectieve dimensie
5.1.3.1. Attitude: gedragingen, houdingen t.a.v. iets
5.2. Formuleren van lesdoelstellingen > Steeds formuleren in termen van leerlingengedrag met een infinitief.
5.2.1. Open/ gesloten doelstellingen
5.2.1.1. Open: grote vrijheid aan de manier waarop een leerling een doel moet bereiken.
5.2.1.2. Gesloten: beschrijft nauwkeurig wat een leerling moet bereiken.
5.2.2. Criterium 1: operationeel werkwoord = waarneembaar gedrag. > Wat je kan meten!
5.2.3. Criterium 2: wees zo concreet mogelijk= ondubbelzinnig en nauwkeurig beschrijven.
5.2.4. Criterium 3: voeg eventueel een conditie toe = in welke omstandigheden of met welke hulpmiddelen.
5.2.5. Criterium 4: voeg eventueel een minimumprestatie toe. > Vb. binnen een bepaalde tijd, een graad van nauwkeurigheid, een minimaal aantal, ...