1. Neurologische ontwikkeling
1.1. prikkels VS hersenen
1.1.1. prikkel wordt verwerkt--> geeft signaal --> reactie
1.1.2. reflexen
1.1.3. ei-schema
2. basisprincipes
2.1. MESKER
2.1.1. fasen (volgorde)
2.1.2. slurffase
2.1.2.1. beide lichaamshelften bewegen tegenovergesteld aan elkaar
2.1.3. symmetrische fase
2.1.3.1. spiegelbeeldige mee-beweging verdwijnen
2.1.3.2. steunende + uitvoerende hand
2.1.4. lateralisatiefase
2.1.4.1. beide lichaams- en hersenhelften werken samen
2.1.4.2. gekruiste coördinatie
2.1.5. dominantiefase
2.1.5.1. voorkeurshand
2.2. GESELL
2.2.1. ontw. lijnen
2.2.2. kop --> voet
2.2.2.1. hoofd -rechtzitten - kruipen - staan -stappen
2.2.2.1.1. schijfhouding evenwichtscontrole
2.2.3. binnen --> buiten
2.2.3.1. Schouders - ellebogen - pols - vingers
2.2.3.1.1. pincetgreep
2.2.4. totaal --> lokaal
2.2.4.1. hele lichaam VS één lichaamsdeel
2.2.4.1.1. duim + wijsvinger
2.2.5. enkelvoudig --> samengesteld
2.2.5.1. afzonderlijk bewegen VS versch. bewegingen samen (hersenen)
2.2.5.1.1. zithouding, pengreep VS lettervorming, tussen lijntjes, mooi, juist --> alles samen
3. schrijven
3.1. motorisch geheugen
3.1.1. bewegingspatronen
3.1.1.1. analyseren - opslaan - oproepen
3.2. tweehandig grijpen
3.2.1. linkerhand grijpen aan linkerkant rechterhand grijpen aan rechterkant
3.2.1.1. doorgeven in het midden
3.3. eenhandig grijpen
3.3.1. duim neemt functie over van de andere hand
3.4. vuistgreep
3.4.1. hele hand grijpt mee
3.5. duim in oppositie
3.5.1. loodrecht op hand
3.6. duim & 4 vingers
3.6.1. voorwerpen vastnemen
3.6.1.1. duim VS andere vingers
3.7. steun + bewegingszijde
3.7.1. steun op pinkzijde
3.7.2. wijsvinger + duim
3.7.2.1. fijn bewegen
3.8. inscriptiebeweging
3.8.1. wijsvinger + duim
3.8.1.1. trek & duwbeweging