Processen ontwerpen Hoofdstuk 4

Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
Processen ontwerpen Hoofdstuk 4 Door Mind Map: Processen ontwerpen Hoofdstuk 4

1. Samenhang

1.1. Bij het analyseren van de samenhang van processen moet de procesmanager zich realiseren dat elk proces bestaat uit vijf aspecten., die uiteraad met elkaar samenhangen

1.1.1. Resultaten

1.1.2. Activiteiten

1.1.3. Mensen

1.1.4. Middelen

1.1.5. Kaders

2. Het ontwerpproces

2.1. De voorkeur gaat uit van het opstellen van het model steeds klantperspectief. Dit kan zowel intern of externe klanten zijn dit help vast te stellen wat in het proces primair van belang is

2.1.1. Het houdt de focus gericht op de bedrijfsdoelstellingen

2.1.1.1. Het ontwerpen van processen is een strategisch proces dat bestaat uit drie aspecten

2.1.1.1.1. Kwaliteit

2.1.1.1.2. Functionaliteit

2.1.1.1.3. Kosten

2.2. Herontwerpen van processen volgens Davenport en Hammer

2.2.1. De organisatie is een verzameling van processen die op een empirisch- wetenschappelijke en systematische manier geherstructureerd kunnen worden

2.2.2. De aard van de verandering is revolutionair en bestaat uit de overgang van functioneel-georiënteerde businessunits naar multdisflinaire teams. Hierbij dient de bureaucratische cultuur in de gehele organisatie veranderd te worden en dient bij ieder proces klanttevredenheid het uitgangspunt te worden

2.2.3. Verandering begint bij het hoger management, zij dienen het voorbeeld te zijn voor de organisatie de veranderingen zijn niet eenmalig, het is een continu van toepassing

2.3. Business Proces Redesign Hammer en Champy 1993

2.3.1. 6 stappen voor BPR

2.3.1.1. Ontwikkelen bedrijfsvisie en bepaal operationele doelen

2.3.1.2. Indentificeer de bedrijfsprocessen die herontwerp moeten worden

2.3.1.3. Begrijp en meet de prestatie van huidige processen

2.3.1.4. Identificeer de IT-niveaus

2.3.1.5. Ontwerp en bouw een prototype van een nieuw proces

2.3.1.6. Past het besturingsmodel en de organisatiestructuur aan

3. Procesbeschrijving

3.1. Je kunt processen beschrijven op twee manieren grafische of in woorden

3.2. Opstellen processchema

3.2.1. stappen

3.2.1.1. Procesformulering

3.2.1.1.1. Deze is altijd volgens dezelfde structuur opgebouwd. met vaste onderdelen kop, samenvatting , beschrijving en code procesdocumentatie

3.2.1.2. Processchema's

3.2.1.2.1. Alle activiteiten lopen in lijn bovennaar benden alle input documenten staan aan de linkerzijde en output aan de rechterzijde

3.2.1.3. Procesdocumenten

3.2.1.3.1. Procesnummers 3 karakters D= documenten B= bestanden er zijn ook volgnummers iedere document heeft zijn eigen volgnummer

3.3. Procesformulering (Hoe?)

3.3.1. De keuze voor het gebruiken procesmodel gebeurt door het topmanagement en moet in lijn zijn et de visie, missie en strategie en doelstellingen van het bedrijf

3.3.2. Gebruikte zowel informatie van het management als van de medewerkers (gebruikt) houd hiervoor interviews met beide groepen

3.3.3. De besluitvorming over de procesbeschrijvingen moet officieel in een vergadering worden vastgesteld

3.3.4. Zorg voor een duidelijke beschrijving in het algemeen kunt je stellen zo gedetailleerd als nodig is zo, globaal als kan.

3.4. Procesformulering ( Voor wie ?)

3.4.1. (nieuwe) medewerkers

3.4.2. De kwaliteitsmanager

3.4.3. Toezichthouder

3.4.4. Een certificerende instelling

3.4.5. De accountant

3.4.6. Manager

3.5. Procesformulering (Wat?)

3.5.1. de volgende punten komen in een procesbeschrijving aan de orde

3.5.1.1. Gebruikte middelen

3.5.1.2. Proceseigenaar

3.5.1.3. Eindverantwoordelijk

3.5.1.4. Het doel

3.5.1.5. KPI's

3.5.1.6. Taken en verantwoordelijkheden

3.5.1.7. Gebruikte informatie bronnen

3.5.1.8. Gebruikte ICT systemen

3.5.1.9. Gebruikte documenten

3.5.1.10. Plaats van de documenten

3.5.1.11. Relaties met andere processen

3.5.1.12. Aanleiding van het proces

3.6. Procesformulering (Waarom?)

3.6.1. Informatievoorziening

3.6.2. Verantwoording

3.6.3. Inzicht

3.6.4. Stuurinformatie

3.6.5. Verbetering

3.6.6. Communicatie

3.6.7. Controle

4. Verschillende soorten processchema's

4.1. Belangrijke Processchema's

4.1.1. Dataflow-diagram

4.1.1.1. 4 verschillende componenten te onderscheiden in een dataflow-diagram

4.1.1.1.1. 1 Gegevensstromen

4.1.1.1.2. 2 Processen

4.1.1.1.3. 3 Gegevensverzamelingen

4.1.1.1.4. 4 Externe bronnen en bestemmingen van gegevens

4.2. IDEFO

4.2.1. Deze methode is gebaseerd op blackboxbenadering en geeft de volgende interacties weer in een proces

4.2.1.1. Sturingsinformatie

4.2.1.2. Input

4.2.1.3. Output

4.2.1.4. Resources

4.3. Riverchart

4.3.1. Geeft de exacte route die een proces aflegt in een aparte kolom

4.4. Werkinstructie

4.4.1. Handelingswijze in een werkinstructie

4.4.1.1. Naam werkinstructie

4.4.1.2. Beschrijving van benodigdheden

4.4.1.3. Stapsgewijze telegrambeschrijving van handelswijze

4.4.1.4. Beschrijving van de verantwoordelijke en bevoegde personen

4.4.1.5. Verwijzen naar andere werkinstructies, procedure of reglementen

5. Het modelleren van processen

5.1. Opstellen van processchema bestaat uit de volgende stappen

5.1.1. Verzamel informatie. Analyseer informatie, bepaal wie erbij betrokken zijn.

5.1.2. Identificeer de juiste mensen. interview ze ( zij weten hoe het echt werkt)

5.1.3. Kies geschikte modelleringsmethoden

5.1.4. Stel het model op

5.1.5. Koppel terug en pas aan de werkelijkheid aan (iteratief)

6. Ontwerpprincipes 1

6.1. Ontwerp processen die aan de prestatie-indicatoren voldoen

6.2. Beschouw de totale waardeketen van het proces

6.3. Houd rekening met de waardediscipline die de organisatie nastreeft

6.3.1. Operational Excellence

6.3.2. Product innovation

6.3.3. Customer intimacy

6.4. Creëer zo vroeg mogelijk in het proces duidelijke klantonkoppelpunten

6.5. Maximaliseer standaardisatie voor routinematig activiteiten

6.6. Ondersteun een proces waar mogelijk door effectieve inzet van ICT

7. Ontwerpprincipes 2

7.1. Voer gegevens eenmalig en correct in bij de bron

7.2. Minimaliseer wachttijden en elimineer overdrachtsmomenten

7.3. Onderscheid en reduceer uitzonderingen

7.4. Ontwerp parallel in plaats van serieel

7.5. Pas controle- technische functiescheiding toe

7.6. Laat flexibiliteit prevaleren boven synergie

7.7. Integreer controle in het proces

7.8. Stem procesniveau en medewerkerniveau op elkaar af

8. Organogram

8.1. Staforganisatie

8.2. Matrixorganisatie

8.3. Functioneel gerichte organisatie

8.4. Productgerichte organisatie

8.5. Marktgerichte organisatie

8.6. Sankey-diagram