Op welke manieren woord in beide  boeken de oorlog getoond deur de  ogen van het kind?

1. Kinderjaren

1.1. het kind is joods

1.1.1. hij heeft niet echt het idee wat dat precies inhoud.

1.2. het kind reist veel.

1.3. het kind zijn ouders overlijden na een tijdje

1.3.1. Hij beseft niet helemaal dat zijn ouders weg zijn.

1.4. het kind zit de meeste tijd in een concentratiekamp.

2. overeenkomsten

2.1. leeeftijd

2.1.1. 9 jaar

2.2. leven allebij in de 2de wereldoorlog

2.3. onderwerp

2.3.1. oorlog

2.4. ze willen beiden niet verhuizen

3. conclusie

3.1. ze vinden de oorlog allebij vreselijk.

3.1.1. Oorlog is nooit iets positiefs

4. eigen mening

4.1. de oorlog heeft een ernstig effect op kinderen.

5. verschillen

5.1. het kind komt uit duitsland

5.1.1. hij heeft veel vrijheid

5.1.2. zijn ouders hebben veel geld

5.1.2.1. het gezin heeft veel macht en aanzien

5.1.3. hij heeft een zus

5.1.4. het kind overlijd

5.2. het kind komt uit nederland

5.2.1. hij is joods en word dus aangekeken

5.2.1.1. het leven is een stuk moeilijker

5.2.2. weinig vrijheid

5.2.3. hij is enigs kind

5.2.4. de ouders overlijden

5.3. religie

6. The boy in the striped pyjamas

6.1. het kind is het zoontje van een nazi

6.1.1. de vader heeft een hoge rang in het nazi leger

6.2. hij woont vlak naast een concentratie kamp

6.3. hij is er niet van bewust wat zijn vader precies doet.

6.4. het kind is erg nieuwsgierig

6.4.1. hij verveelt zich vaak

6.5. droevig einde