De Arabische Lente

1. Jemen

1.1. de protesten tegen het regime van Saleh begonnen gelijk met de protesten in Egypte

1.2. nadat de regering scherpschutters op betogers inzette, keerde velen zich tegen hun president

1.3. enkele ministers en ambassadeurs namen ontslag

1.4. drie generaals bescherden de demonstranten

1.5. op 23 november trad Saleh af

2. Libie

2.1. in februari was het eerste verzet tegen Kaddafi en werd al snel een burgeroorlog

2.2. de VN ging opstandelingen steunen en handhaafde een vliegverbod

2.3. onder een NAVO-commando werden voertuigen van Kaddafi aangevallen

2.4. in augustus viel Tripoli dat lane tijd een bolwerk van Kaddafi was

2.5. op 20 oktober werd Kaddafi gevangen genomen

3. Bahrein

3.1. de Sjiitische meerderheid uitte zich tegen de regerende Soenntische koninklijke familie

3.2. de Sjiiten bezetten het Pareplein

3.3. met hulp van de buurlanden herstelde de regering de orde

4. Elders

4.1. op andere plekken waren ook demonstraties, bijvoorbeeld in Oman, Irak, Koeweit, Jordanie en Palestijnse gebieden

4.1.1. deze acties hebben nog niet veek resultaat

4.2. In sommige andere landen wel, bijvoorbeeld in Algerije en Marokko

5. Impact

5.1. sommigen menen dat de Arabische Lente in een Arabische Winter kan uitmonden

5.2. anderen zeggen dat het heeft laten zien dat het volk de macht kan grijpen en andere volkeren kan inspireren

5.3. maar 1 ding is zeker, niemand had gedacht dat de zelfverbranding tot gevolg zou hebben dat Ben Ali, Mubarak, Saleh en Kaddafi zouden aftreden

6. Tunesie

6.1. 17 december 2010 --> zelfverbranding <-- werd gefimd en riep protesten op

6.1.1. volkswoede verspreidde zich in heel Tunesie

6.2. Ben Ali sloeg op de vlucht op 14 januari

6.3. 23 oktober waren er verkiezingen, de leider van de Islamitische partij werd minister-president

7. Egypte

7.1. 25 januari was er een protest op het Tahrirplein

7.1.1. dit protest groeide ondanks dat Mubarak dit probeerde te stoppen

7.2. op 27 januari sloot Murabak alle mobiele netwerken af en zette het lerger in op het Tahrirplein

7.2.1. het was een boedige strijd

7.3. op 11 februari trad Mubarak af

7.4. sinds februari zijn de Egyptenaren onzeker over de rol van het machtige leger

7.5. in decemer is het Tahrirplein weer vol

7.5.1. de betogers eisten voor een burgerregering

8. Syrie

8.1. in maart was het eerste protest tegen Al-Assad, deze was voor meer democratie en zijn nu nogsteeds aan de gang

8.2. de regering zet hard tegen de betogers in

8.3. Assad trekt zich niets van de kritiek, de economische sanctie n de beschuldigen van kindermarteling en geweld aan

9. Doden

9.1. er zijn veel doden gevallen door het geweld en de intimidatieacties van de overheid

9.2. volgens schattingen zijn er 30.000 tot 40.000 doden gevallen