ideale basisschool

시작하기. 무료입니다
또는 회원 가입 e메일 주소
ideale basisschool 저자: Mind Map: ideale basisschool

1. veilige schoolklimaat

1.1. mogelijkheid tot huiswerkuur

1.1.1. de kinderen kunnen vragen stellen over verschillende onderwerpen.

1.1.2. de kinderen gaan naar het huiswerkuur van een leerkracht die veel kan uitleggen over een bepaald onderwerp (verschillende ruimtes waar rekenen, spelling etc. wordt uitgelegd)

1.2. veel plekken waar kinderen kunnen werken; samenwerkingsruimte maar ook ruimtes waar ze alleen kunnen werken. Dit bevordert het actief en coöperatief leren,

1.3. iedereen is welkom op de school; verschillende culturen.

1.3.1. Op deze manieren leren kinderen om met verschillende nationaliteiten en geloven om te gaan. En zal dit helpen om beter te integreren in de maatschappij. Dit biedt ook een mogelijk om actief aan de slag te gaan met burgerschap en de kinderen betere te laten beseffen wat de verschillen en overeenkomsten zijn tussen kinderen ( wikipedia- openbaar onderwijs)

1.4. leerrijke omgeving

1.4.1. Zelfsturende rijke leeromgeving

1.4.2. Het lokaal als derde opvoeder, dit wil zeggen dat het lokaal leerrijk is ingericht.

1.4.3. Rust en harmonie heerst bij een goede klassenmanager. (klassenmanagement: Mirjam Klamer - Hoogma)

1.4.4. schoolwerkjes van de leerlingen

1.5. modelleren

1.5.1. Leerlingen doen vaak na wat ze zien, jij als leerkracht hebt een voorbeeldfunctie. Leerlingen imiteren jouw gedrag als leerkracht. Dit is volgens de ontwikkelingspsycholoog Bandura. (Van leertheorie naar onderwijspraktijk)

1.6. Vertrouwenspersoon

1.6.1. onderbouw

1.6.2. bovenbouw

1.7. veilige sfeer

1.7.1. Het is belangrijk dat alle leerlingen zich veilig voelen. Wanneer leerlingen zich veilig voelen en 100 % zichzelf kunnen zijn, dan kunnen ze zich ook beter ontwikkelen. Ze durven fouten te maken waar ze weer van kunnen leren en kunnen hun eigen talenten en interesses verbreden. De sfeer moet fijn zijn, je moet als leerkracht investeren in de relatie met de kinderen in je klas. Respect en vertrouwen spelen ook een grote rol. Je moet als leerkracht kunnen inspelen op de basisbehoeften. Dit is terug te vinden in het boek klassen management.

2. Werken op eigen niveau

2.1. zelfregulatie stimuleren (onderwijsmaakjesamen.nl)

2.1.1. mogelijkheid bieden om naar instructie te gaan

2.1.1.1. Hierdoor creëer je meer verantwoordelijkheidsgevoel bij de kinderen

2.1.2. werken met eigen doelen

2.1.2.1. Meer motivatie

2.1.2.2. Meer aandacht voor het werk

2.1.2.3. Leren plannen

2.1.3. Leren om te evalueren op hun eigen doel en daardoor zullen ze doelgerichter aan de slag gaan.

3. organisatie

3.1. schooltijden.

3.1.1. Maandag, dinsdag, donderdag: 08.30-12.00 / 13.00 - 15.00

3.1.2. woensdag en vrijdag: 08.30 - 12.30

3.2. naam school: De ideale basisschool

3.3. team

3.3.1. congierge

3.3.1.1. Kan helpen om te zorgen voor een veilige omgeving daarnaast kan hij de leerkrachten ook helpen met sommige taken zoals printen. Ook is het handig dat deze personen vaak in staat zijn om dingen te repareren.

3.3.2. schoonmakers

3.3.2.1. elke week wordt je lokaal schoongemaakt

3.3.2.1.1. De kinderen kunnen beter leren in schone omgeving en daardoor zullen minder snel ziek worden. Hygiëne is heel belangrijk op een school en zorgt voor een fijne omgeving

3.3.3. minimaal 1 groepsleerkracht

3.3.4. onderwijsassistent

3.3.4.1. dezelfde onderwijsassistent per jaargroepen

3.3.5. rt'ers, ib'ers

3.3.5.1. Zij kunnen kinderen die extra hulp nodig hebben dit bieden en hebben op bepaalde gebieden (misschien) een betere expertise.

3.3.6. teamleiders per bouw

3.3.7. administratie

3.3.7.1. Dit zorgt verlaagd stress bij de leerkracht en hebben daardoor meer tijd voor de kinderen

4. klassen

4.1. tafels in groepjes

4.1.1. samenwerken

4.1.2. niveau's door elkaar

4.2. Vaste leerkracht, zodat er een goede band is met het kind en een goed beeld heeft van de ontwikkeling. (klassenmanagement: Mirjam Klamer - Hoogma

4.3. klassen op leeftijd (sociaal-emotioneel.)

4.4. jongens en meisjes zitten door elkaar in de klas.

4.4.1. Leren omgaan met verschillende kinderen

4.4.2. Verschillen zien tussen geslacht ( ze zien dat een meisje bepaalde dingen anders oplossen dan een jongen)

4.4.3. Kunnen leren van elkaar

4.5. kleine klassen (20 leerlingen), zodat er meer aandacht voor iedere leerling is.

5. vakken

5.1. algemene vakken

5.1.1. modelleren, jij als leerkracht doet voor hoe het moet. Maar ook trapsgewijs leren en ontdekkend leren zijn van belang.

5.1.2. rekenen, taal, lezen, spelling,

5.2. ict (onderwijsbrabant.nl)

5.2.1. De leerlingen moeten in de toekomst de 21st Century skills beheersen. Deze vaardigheden hebben zij nodig om in de toekomst goed te kunnen functioneren. Deze vaardigheden zullen ze ook nog hebben bij hun toekomstige baan.

5.2.2. Er wordt verwacht dat je ICT vaardigheden beheerst

5.3. creatieve vakken,

5.3.1. muziek (meermuziekindeklas.nl)

5.3.1.1. Vermindert stress

5.3.1.2. Vergroot de woordenschat, het lees- en rekenvermogen en het taalbegrip

5.3.1.3. Concentratievermogen wordt getraind

5.3.1.4. Er wordt gewerkt aan de motoriek van kinderen en zullen daardoor beter ontwikkeld zijn.

5.3.1.5. Creatiever en kunnen sneller oplossingen bedenken

5.3.1.6. Stimuleert het samenwerken en de sociale vaardigheden

5.3.2. beeldende vorming (m.kunstvisie.webnode.nl)

5.3.2.1. Vrijere expressie

5.3.2.2. Leren meer over zichzelf en anderen

5.3.2.3. Betekenis leren geven aan iets

5.3.2.4. Fantasie uiten en verbreden

5.3.3. Nieuw onderwerp

5.3.3.1. Nieuw onderwerp

5.4. wereldorientatie en natuur/techniek

5.4.1. onderzoekend leren (kennisobject)

5.4.1.1. waarom?

5.4.1.1.1. openheid in gebondenheid

5.4.1.1.2. probleemgerichte activiteiten

5.4.2. ontdekkend leren (kennisobject)

5.4.2.1. interesses uitwerken en uitzoeken

5.4.2.1.1. werken met persoonlijke doelen

5.4.2.1.2. keuzevakken (na school) dit is goed voor de autonomie en competentie van een kind, hij/zij heeft zelf de keus om iets te doen en kan kiezen waar hij/zij goed in is.

5.4.2.2. lokalen voor natuur en techniek/crea, zodat alle materialen aanwezig zijn om een goede diepgang te creëren in de lessen.

5.4.2.3. lesstof laten doorlopen in verschillende vakgebieden.

5.4.2.4. ouders betrekken bij lessen, zodat ze ervaringen horen van andere mensen dan alleen de leerkracht

5.4.2.5. actief leren

5.4.2.5.1. De leerlingen zijn hierdoor actief bezig met hun leerproces

5.4.2.5.2. ontwikkelen hun talenten en leren om dit zo effectief mogelijk te gebruiken

5.4.2.5.3. leren zelfstandig denken en handelen

5.4.2.5.4. leren initiatieven nemen, plannen, uitvoeren en reflecteren.

5.4.2.5.5. ontdekkend de zin van leren

5.4.2.5.6. leren van en met elkaar

5.4.2.5.7. voorkennis opwekken

5.5. sociaal-emotionele vakken

5.5.1. Doordat leerlingen les krijgen op sociaal emotioneel gebied, leren ze elkaar te respecteren en elkaar te vertrouwen. De leerlingen praten bij dit vak over ''zware onderwerpen'' waarop een respectvolle manier op elkaar gereageerd moet worden. Hier krijgen de leerlingen ook les over. Hoe heb je respect voor iemand anders? Wat doe je als iemand gepest wordt? Wat doe je als iemand huilt? Deze dingen worden bespreekbaar gemaakt en dit helpt allemaal mee aan de veiligheid in de klas.

5.5.1.1. Nieuw onderwerp

5.6. Werkvormen, zodat de lesstof aangeboden wordt op verschillende manieren.

5.7. lichamelijke beweging

5.7.1. gym

5.7.2. dans