M-decreet
作者:Redouane Elk
1. VERWACHTING?
1.1. Door het decreet zal het aantal leerlingen in het buitengewoon onderwijs sterk verminderen.
2. HOE VERGEMAKKELIJKEN ALS LEERKRACHT?
2.1. 1.Creëer een prikkelarme plek in elke klas.
2.2. 2.Vereenvoudig de agenda.
2.3. 3.Ondersteun je les met beelden.
2.4. 4.Pas sticordi-maatregelen toe op alle leerlingen.
2.5. 5.Kort alle examens in.
3. 5 belangrijkste conclusies.
3.1. 1.Het M-decreet is een stap in de richting van meer inclusie.
3.2. 2.Nog niet alle scholen hebben de 'mindshift' gemaakt. Duidelijke communicatie over de regels moet dat verhelpen.
3.3. 3.De handelingsbekwaamheid verschilt sterk per school, afhankelijk van de visie op zorg.
3.4. 4.De samenwerking tussen scholen, CLB’s en ouders kan beter.
3.5. 5.Leraren en ondersteuners waarderen en willen nog meer ondersteuning.
4. BRONNEN
4.1. M-decreet – Klasse
4.2. M-decreet - Wikipedia
4.3. Grote lijnen van het M-decreet | Voor onderwijspersoneel
5. REDELIJKE AANPASSINGEN KUNNEN BESTAAN UIT
5.1. Remediërende maatregelen
5.1.1. leerlingen individueel helpen
5.2. Differentiërende maatregelen
5.2.1. leerstof en lesaanpak variëren
5.3. Compenserende maatregelen
5.3.1. hulpmiddelen zoals een laptop toelaten
5.4. Dispenserende maatregelen
5.4.1. vrijstellingen van onderdelen van het curriculum toelaten
6. NIEUWE TYPES BUITENGEWOON ONDERWIJS
6.1. licht mentale handicap
6.2. verstandelijke beperking
6.3. emotionele of gedragsstoornis
6.4. motorische beperking
6.5. kinderen in een ziekenhuis, in een residentiële setting of in een preventorium
6.6. visuele beperking
6.7. audititieve beperking en spraak- of taalstoornis
6.8. ernstige leerstoornissen
6.9. autismespectrumstoornis
7. WANNEER GOEDGEKEURD?
7.1. Het decreet werd ingediend door de regering in het Vlaams Parlement op 21 november 2013.Het werd uiteindelijk goedgekeurd in de zitting van 12 maart 2014 van het Vlaams Parlement.
8. WAT?
8.1. Maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.
9. 7 uitgangspunten van het handelingsgericht werken.
9.1. 1. De onderwijsbehoeften van de leerling staan centraal. Je vraagt je af wat de leerling nodig heeft om doelen te bereiken.
9.2. 2. Afstemming en wisselwerking tussen leerlingen, leerkrachten, ouders en de school verbetert de aanpak.
9.3. 3. Jij als leerkracht speelt een belangrijke rol bij de positieve ontwikkeling van de leerling.
9.4. 4. De focus ligt op de positieve aspecten van leerlingen, leerkrachten, de school en de ouders. Dat neem je mee in het plan van aanpak.
9.5. 5. Samenwerken met leerlingen, leerkrachten, de school en de ouders is noodzakelijk.
9.6. 6. Je formuleert doelen en bekijkt wat er nodig is om die doelen te bereiken.
9.7. 7. Je werkt systematisch, in stappen en transparant.
10. 4 FASESVAN HET ZORGCONTINUÜM
10.1. 1. brede basiszorg
10.1.1. goede zorg zodat alle leerlingen zich kunnen ontwikkelen.
10.2. 2. verhoogde zorg
10.2.1. extra maatregelen bovenop de basiszorg
10.3. 3. uitbreiding van zorg
10.3.1. Onderzoek door het CLB
10.4. individueel aangepast curriculum (IAC)
10.4.1. Het CLB stelt een verslag op voor toegang tot buitengewoon onderwijs of voor een IAC in gewoon onderwijs. De fase van het IAC kan zowel in het gewoon als in het buitengewoon onderwijs vorm krijgen.
11. Curriculum
11.1. Gemeenschappelijk
11.1.1. leerdoelen behalen: resultaatsverplichting
11.2. Individueel
11.2.1. leerdoelen behalen op maat van de leerling: