plaatsbepaling en luchstreken

1. plaatsbepaling

1.1. geografische breedte

1.1.1. evenaar --> noordelijk en zuidelijk halfrond

1.1.1.1. breedtegraden

1.1.1.2. breedtecirkel

1.2. geografische lengte

1.2.1. meridiaan --> oosterlengte en westerlengte

1.2.2. nulmeridiaan loopt door Greenwich

2. luchtstreken

2.1. hoge breedte

2.1.1. verder van de evenaar = koudere temperatuur

2.2. lage breedte

2.2.1. dichter bij de evenaar = warmere temperatuur

2.3. drie streken --> .. 23.5* C ...... 66.5* C ...

2.4. afhankelijk van de zon

2.4.1. hoge breedte = schuine zonnestralen/ groter oppervalkte

2.4.2. lage brredte = rechte zonnestralen / kleiner oppevlakte