1. Deficiëntie ziektes (primair en secundair)
1.1. Een deficiëntieziekte of gebreksziekte is een ziekte die optreedt bij organismen die, bijvoorbeeld als gevolg van een gebrekkige voeding, een chronisch
2. VOEDINGSTOESTAND
2.1. Wat is een goede voedingstoestand? Wanneer spreken we van een goede voedingstoestand? Als de inname van energie en voedingsstoffen enerzijds en de behoefte en/of het verlies aan energie en voedingsstoffen anderzijds op lange termijn in balans is hebben we het over een goede voedingstoestand.
2.2. Hoe kun je zien dat je ondervoed bent? Er zijn een aantal symptomen waaraan u ondervoeding kunt herkennen: - ongewenst gewichtsverlies en verlies van spiermassa, - Verminderde eetlust, - vermoeid en futloos voelen, - afname van conditie, - verminderde weerstand, - angzamere wondgenezing. - verminderde zelfredzaamheid en kwaliteit van leven.
3. Dehydratie (primair en secundair)
3.1. Primaire
3.1.1. De uitdroging van cellen wordt primaire dehydratie genoemd en gaat gepaard met :
3.1.1.1. lusteloosheid, gebrek aan eetlust, hoofdpijn, droge tong, ...
3.2. Secundair
3.2.1. Wat is secundaire dehydratie? Bij een andere vorm van dehydratie is er behalve van vochtverlies ook sprake van verlies van elektrolyten: secundaire dehydratie.
3.2.1.1. Dit gebeurt meestal acuut, zoals bij braken, diarree, overmatig transpireren, bloedingen en brandwonden.
4. Welvaartsziekten: overgewicht, diabetes mellitus type 2, hart- en vaatziekten, hypertensie, cariës en tanderosie en chronische obstipatie
5. 7.1 Voedingsleer (inclusief toegepaste natuurwetenschappen)
5.1. De student legt het verwerken van voedsel in het menselijk lichaam uit met behulp van natuurwetenschappelijke en microbiologische basisprincipes.
5.1.1. * Fysiologische processen m.b.t. de verwerking van voeding (eiwitten, vetten, koolhydraten): vertering, absorptie, transport, stofwisseling, uitscheiding en regulatie
5.1.2. * Indeling, bouw en chemische samenstelling van koolhydraten, eiwitten, vetten en vetachtige stoffen
6. De student legt verbanden tussen voeding, gezondheid en ziekten.
6.1. • Functies van voedingsstoffen en nutriënten • Essentiële en niet essentiële voedingsstoffen • Behoeften aan energie, voedingsstoffen en vocht • Dehydratie (primair en secundair) • Voedingstoestand • Deficiëntie ziektes (primair en secundair) • Welvaartsziekten: overgewicht, diabetes mellitus type 2, hart- en vaatziekten, hypertensie, cariës en tanderosie en chronische obstipatie
6.1.1. FUNCTIES VAN VOEDINGSSTOFFEN:
6.1.1.1. https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voedingsstoffen/functiesvoedingsstoffen.htm
6.1.2. New node
6.1.2.1. New node
6.1.2.2. New node
6.1.2.3. New node
6.1.3. Een nutriënt oftewel een voedingsstof is een stof die in voedsel voorkomt en die een of meer specifieke functies heeft in het lichaam. ... De functies van voedingsstoffen zijn vaak onderverdeeld in drie hoofdcategorieën: Bevordering van groei en ontwikkeling. ... Levering van energie. ... Regulering van het metabolisme.
6.1.4. New node
6.1.4.1. New node
6.1.4.1.1. New node
6.1.4.1.2. New node
6.2. Gezondheidsraad: • Voedingsnormen • Richtlijnen goede voeding
6.2.1. Wat zijn de richtlijnen goede voeding? De richtlijnen zijn als volgt: Eet dagelijks ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram fruit. ... Eet dagelijks ten minste 90 gram bruin brood, volkorenbrood of andere volkorenproducten. ... Eet wekelijks peulvruchten. ... Eet ten minste 15 gram ongezouten noten per dag.
6.2.2. Relevant voor zwangeren zijn de voedingsnormen voor de vitamines A, B6, B12, C, D en K, thiamine, riboflavine, niacine, folaat, calcium, ijzer, jodium, kalium, koper, magnesium en zink.
6.3. Wat zijn de voedingsnormen? Voedingsnormen zijn aanbevelingen voor de hoeveelheid voedingsstoffen die gezonde mensen nodig hebben. De Gezondheidsraad stelt deze normen voor Nederland vast. Deze voedingsnormen geeft de Gezondheidsraad meestal als aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH).
6.4. Voedingscentrum * Schijf van vijf
6.4.1. New node
7. New node
7.1. New node
7.2. New node
7.2.1. New node
7.2.2. New node