1. dieren
1.1. meercellige dieren
1.1.1. symmetrische onderscheiding
1.1.1.1. bilateraal symmetrisch
1.1.1.2. radiaal symmetrisch
1.1.1.3. asymetrisch
1.1.2. onderscheiding van skeletten
1.1.2.1. endoskelet
1.1.2.2. exoskelet
2. planten
2.1. celwand van cellulose
2.2. chloroplasten
2.2.1. chlorofyl
2.3. fotosynthese
2.4. soorten:
2.4.1. zaadplanten
2.4.2. mossen
2.4.3. paardenstaarten
2.4.4. varens
2.4.5. wieren
3. schimmels
3.1. geen chlorofyl
3.2. gisten
3.2.1. knopvorming
3.2.2. eencellig
3.2.3. ongeslachtige voortplanting
3.3. meercellige schimmels
3.3.1. hyfen/schimmeldraden
3.3.2. mycellium
3.3.3. voortplanting door sporen
3.3.3.1. Haploïd
3.4. meestal chitine in de celwanden
3.4.1. hoornachtige stoff
4. protisten/eencelligen
4.1. eencellige dieren
4.1.1. osmose
4.1.2. geen celwand
4.1.3. voedingsvacuolen
4.1.3.1. vangen water op om voeding uit te halen
4.1.4. asymmetrisch
5. sporenplanten
6. prokaryoten
6.1. Bacteriën
6.1.1. circulair DNA/ plasmiden
6.1.2. celdeling
6.1.3. pathogene
6.1.3.1. ziekteverwekkende cellen
6.1.4. conjugatie
6.1.5. indeling:
6.1.5.1. celwand van peptidoglycaan
6.1.5.2. grampositief/gramnegatief
6.1.5.3. cyanobacteriën
6.1.5.3.1. blauwe pigmenten
6.1.6. endospore
6.1.6.1. overleven in extreme omstandigheden door kleiner te maken en bijna al het vocht uit de cel te halen. wordt ondoordringbaar