hart en bloedvaten

1. hart

1.1. verbruikt bij de verbranding

1.1.1. zuurstof

1.1.1.1. hierbij komen afvalstoffen en koolstofdioxide vrij.

1.1.2. voedingsstoffen

1.1.2.1. o.a. glucose

1.2. inspanning

1.2.1. oververhitting

1.2.1.1. zweten om af te koelen

2. alcohol

3. bloedvaten

3.1. haarvaten

3.1.1. altijd lage druk

3.1.2. bij te hoge druk knappen ze

3.2. aders

3.2.1. veel kleppen

3.2.1.1. laat het bloed in een richting stromen

3.2.1.2. te lage druk om zelf te stromen

3.3. slagaders

3.3.1. bij hoge druk

3.3.1.1. pompt met hoge druk, zodanig dat je het voelt in:

3.3.1.1.1. pols

3.3.1.1.2. nek

3.3.1.1.3. hoofd

3.3.1.1.4. hart

3.3.2. liggen dieper in het lichaam