1. Verhalen vertellen en vragen stellen
1.1. Geestelijke stromingen basisschool
1.1.1. 'grote' Levensbeschouwelijke Stromingen bv. christendom, islam, jodendom,...
1.1.1.1. Kennis hierover helpt bij accepteren van anders-zijn van de ander
1.1.2. Veranderde visie
1.1.2.1. 'levensbeschouwelijk leren' sluit aan bij veranderende context van levensbeschouwing in huidige samenleving
1.1.2.1.1. Bij deze gedachte kan ik aansluiten, we moeten ons ervan bewust zijn dat levensbeschouwing een andere vorm heeft aangenomen de laatste jaren. De Geestelijke stromingen zijn niet meer zo actief binnen onze huidige samenleving. Wel is het nog steeds belangrijk om aandacht te besteden aan levensbeschouwing, want ik geloof dat wanneer we gaan kijken naar onszelf ten opzichte van verhalen, levensvragen,... Dat we daarbij het anders-zijn van de ander beter kunnen plaatsen. Bijvoorbeeld je bewust zijn dat jij vriendelijkheid voorop stelt, terwijl iemand anders juist familie voorop stelt kan heel wat inzichten opleveren. Er kan dan sprake zijn van ontmoeting en ontdekking.
1.1.3. Meer dan gewoon lesgeven
1.1.3.1. Er voor zorgen dat kinderen zich ontwikkelen tot sociale, zelfstandige volwassenen, die hun verantwoordelijkheid in de samenleving opnemen
1.1.4. Samen op weg
1.1.4.1. Ik besef dat je zelf ook bewust moet zijn van je eigen levensbeschouwing en openstaan voor groei. Op die manier kan je je leerlingen beter wegwijs maken hierin. Zo kwam ik eens tot een gesprek met een kind die me vroeg wat er gebeurt als je dood gaat. Ik vond dit moeilijk om op te antwoorden, maar zei dat ik denk dat wanneer iemand dood gaat hij of zij een sterretje aan de hemel wordt. Dat er nog iets is wanneer je dood gaat. Maar daarbij heb ik de vraag ook terug gesteld, namelijk wat denk jij? Het kind antwoordde dat zij dacht dat je dan als een geest ronddwaalde. Hierover hadden we een gesprek en dit heeft mij ook geïnspireerd en verder aan het denken gezet.
2. nadenken over je eigen levensbeschouwelijke identiteit en lesgeven hierover
2.1. Jezelf onderzoeken voor je leerlingen hierin kunt begeleiden
3. Met hart en ziel
3.1. Met gevoel
3.1.1. Ik weet vanaf het middelbaar dat ik in de toekomst iets met kinderen wilde doen. Zelf heb ben ik leiding geweest van de KSA, ben ik gaan oppassen,... Kinderen maken een groot deel uit van mijn leven. Hun enthousiasme, speelsheid,... wekt bij mij interesse en kracht op om hen te leren kennen en iets bij te brengen. Dat is ook één van de redenen waarom ik voor deze opleiding gekozen heb.
3.2. Identiteit en levensbron
3.3. Mijn kijk op het leven
4. Wat is levensbeschouwing?
4.1. Persoonlijke levensbeschouwing
4.1.1. Persoonlijk verhaal
4.1.1.1. Vriendelijkheid, je kwetsbaar opstellen en eerlijkheid zijn waarden die ik nastreef en die aanleunen bij wie ik ben, ook als leraar wil ik deze waarden nastreven en voel ik de energie om dit ook aan de leerlingen mee te geven.
4.2. Antwoorden op eigen levensvragen
4.2.1. Een levensvraag die mij de vorige drie jaar vooral heeft beziggehouden is 'Hoe kan ik een goed mens zijn?'. Door mijn opleiding orthopedagogie ben ik mezelf meerdere malen tegengekomen. Ik heb gemerkt dat je situatie per situatie voor jezelf moet bekijken hoe je hierop reageert. Je waarden, normen, referentiekader,... spelen hierbij een rol. Om een goed mens te zijn vind ik persoonlijk dat je trouw moet blijven aan jezelf en wat je gelooft.
4.3. Levensvragen en verhalen
4.3.1. Bestaat er iets wat de mensheid overstijgt?
4.4. Levensbeschouwing, religie en godsdienst
4.4.1. Verhaal dat door verschillende mensen wordt gedeeld