1. Leven + beschouwen
1.1. Leven = verhalen vertellen, beleven
1.2. Beschouwen = Vragen stellen, je dingen afvragen
2. Nut van het boek
2.1. Levensbeschouwelijk leren is meer dan lesgeven
2.1.1. Vormingsgebied geen kennisgebied
2.1.2. Beperkt niet enkel tot het geven van lessen maar de leerlingen leren spontaan
2.2. Bewust zijn van je eigen levensbeschouwelijke identiteit
2.2.1. Onderzoeken hoe ze tegen het leven aankijken
2.2.2. Ontdekken wat ze inspireert
3. Een leerkracht met bagage
3.1. Je kijk op het leven delen, zelf je mening geven over iets
3.2. Je moet zelf ook levensbeschouwelijke bagage hebben om de leerlingen levensbeschouwelijke bagage mee te geven
4. Hart
4.1. eigen keuze
4.2. gevoel laten meespreken
4.2.1. Ik heb heel lang getwijfeld of deze richting wel echt iets voor mij was. Ik twijfelde tussen leerkracht lager en secundair. Uiteindelijk heb ik toch het gevoel gekregen dat deze richting echt hetgeen is wat ik wil. Ik wil vanuit heel mijn hart kleine kinderen zien ontwikkelen en ze een basis meegeven voor hun verdere leven. De stappen die je doorheen een schooljaar met kinderen meemaakt, geeft je zoveel voldoening en energie!
4.3. kompas
4.4. openstellen voor kinderen
5. Ziel
5.1. identiteit, authenticiteit, eigenheid en echtheid
5.1.1. = wie je bent!
5.2. bezielde leeraar
5.2.1. ergens voor staan
5.2.2. iemand zijn
5.2.3. identiteit zichtbaar maken
6. Levensvragen komen vaak op als je voor een lastige keuze staat, te maken hebt met verlies of tegenslag. Eigenlijk vragen waar nog niet direct een antwoord op staat
6.1. Bv. Leven na de dood
7. Levensbeschouwing
7.1. Levensvragen,verhalen en Levensbeschouwing
7.1.1. (Met grote letter) duid aan dat er een verzameling van antwoorden is op levensvragen. een gedeeld verhaal
7.2. Persoonlijke Levensbeschouwing als 'een verhaal'
7.2.1. Kan gaan over een dagelijkse levensbeschouwing, als over een langdurige periode
7.2.2. Eigen kijk op het leven, je vormt een soort bril waardoor je naar de wereld kijkt, kan ook zonder dat je er bewust van bent