Sociale subtypes van ASS

1. Passieve groep

1.1. Passiviteit

1.2. Gaan in op contactpogingen van anderen

1.3. Bezitten gelijkaardige kenmerken als afzijdige groep, maar minder uitgesproken

1.4. Toegankelijker en volgzamer dan afzijdige groep

1.5. Gaan mensen benaderen als ze behoeften bevredigd willen zien

2. 3 grote subtypes

2.1. Gemeenschappelijk: geen wederkerigheid in sociale interactie

2.2. Context en leeftijd speelt belangrijke rol

3. Volwassenen: stijf-formalistische groep

3.1. Zeer formeel taalgebruik

3.2. Zeer beleefd

3.3. Sterk gebonden aan regels in sociale situaties

3.4. Vallen door de mand bij iets onverwachts

3.5. Vatten subtiliteiten in de sociale interactie niet echt

3.6. Komen soms verwaand over

4. Afzijdige groep (aloof)

4.1. Sluit dicht aan bij populair heersend beeld van ASS

4.2. Duidelijke terughoudendheid en onverschilligheid, vooral tov leeftijdsgenoten

4.3. Vrij ernstige verstandelijke beperking

4.4. Meest afgesloten van sociaal contact

4.5. Vermijden nabijheid van anderen en verwerpen fysiek of sociaal contact waar ze niet achter gevraagd hebben

4.6. Benadering in functie van primaire behoeftebevrediging

4.7. Accepteren soms fysieke affectie van mensen met wie ze vertrouwd zijn

4.8. Wordt snel onrustig en overprikkeld als de omgeving contact zoekt

5. Actief-maar-bizarre groep

5.1. Nemen initiatief tot sociaal contact

5.2. Gedragen zich naïef, vreemd, onaangepast en eenzijdig

5.3. Praten continu over eenzelfde, favoriete, onderwerp

5.4. Stellen dezelfde reeks vragen zonder aandacht te geven aan het antwoord

5.5. Beste cognitieve mogelijkheden, maar minst makkelijk in de hand te houden