snelheidsregelen

1. elektrisch

1.1. N= (1-S) * (f/p)

1.1.1. f: frequentie

1.1.1.1. frequentie regelaar

1.1.1.2. n = f1/Poolparen ( 1-S)

1.1.2. p: poolparen

1.1.2.1. n = (f*60)/poolparen

1.1.2.2. bij 50Hz

1.1.2.2.1. 1--> 3000 tr/min

1.1.2.2.2. 2--> 1500 tr/min

1.1.2.2.3. 3--> 1000 tr/min

1.1.2.2.4. 4--> 750 tr/min

1.1.2.3. dahlanderwikeling

1.1.3. S: slip

1.1.3.1. alleen een asynchrone motor

1.1.3.2. S= (ns - nr) / ns

1.2. stator wikkeling

1.2.1. driehoek

1.2.1.1. 1

1.2.2. driehoek

1.2.2.1. V3

1.3. statorspanning

1.3.1. U verlaagd

1.3.2. n verlaagd

1.4. Dahlander-wikkeling

1.4.1. heeft 2 snelheden

1.4.1.1. 1 poolpaar

1.4.1.1.1. 3000/1500 tr/min

1.4.1.2. 2 poolparen

1.4.1.2.1. 1500/750 tr/min

1.4.1.3. 3poolparen

1.4.1.3.1. 1000/500 tr/min

1.4.1.4. 4poolparen

1.4.1.4.1. 750/375 tr/min

2. mechanisch

2.1. reductor & ketting

2.1.1. Z2/Z1 (tanden)

2.1.2. n1/n2 (toerental)

2.1.3. T2/T1 (koppel)

2.2. riem

2.2.1. d1∙n1=d2∙n2