1. VSEPR
1.1. Omringingsgetal
1.2. Valentie elektronen
2. Proceschemie
2.1. Scheidingsmethode
2.1.1. Destilleren
2.1.1.1. Kookpunt
2.1.2. Filteren
2.1.2.1. Deeltjesgrootte
2.1.3. Centrifugeren
2.1.3.1. Dichtheid
2.1.4. Bezinken
2.1.4.1. Dichtheid
2.1.5. Extraheren
2.1.5.1. Oplosbaarheid
2.1.6. Adsorptie
2.1.6.1. Aanhechtingvermogen
2.1.7. Chromatografie
2.2. Blokschema
2.3. Batchproces
2.4. Continu proces
2.5. Massabalans
3. Periodiek systeem
3.1. Alkali metalen - Groep 1
3.2. Aardalkali metalen - Groep 2
3.3. Halogenen - Groep 7
3.4. Edelgassen - Groep 8
3.4.1. Edelgasconfiguratie
3.4.2. Non-reactief
3.5. Elektronegatieviteit
3.6. Massagetal
3.7. Atoomnummer
4. Atoomopbouw - model van Bohr
4.1. Atoom
4.1.1. Bindingen
4.1.1.1. Atoombinding/ covalente binding
4.1.1.1.1. Gedeeld elektronepaar
4.1.1.1.2. Covalentie
4.1.1.2. Polaire atoombinding
4.1.1.2.1. Dipoolmoment
4.1.1.3. Apolaire atoombinding
4.1.2. Coulombkracht
4.1.3. Elektron (negatieve lading)
4.1.3.1. Elektronenconfiguratie
4.1.3.2. Valentie elektronen
4.1.3.3. Elektronenwolk
4.1.4. Neutron (geen elektrische lading)
4.1.5. Proton (positieve lading)
4.1.5.1. Atoomnummer
4.1.5.2. Kernlading
4.1.6. Isotopen
4.1.7. elektronenschillen
4.1.7.1. K - eerste schil
4.1.7.2. L - tweede schil
4.1.7.3. M - derde schil
5. Formules
5.1. Mol berekenen
5.1.1. Concentratie
5.1.1.1. Aantal mol / volume = concentratie
5.1.1.2. Concentratie x volume = aantal mol
5.1.2. Aantal deeltjes
5.1.2.1. Aantal mol x (6.02 x 10^23) = aantal deeltjes
5.1.2.2. Aantal deeltjes / (6.02 x 10^23) = aantal mol
5.1.3. Massa
5.1.3.1. Aantal mol x Molaire = massa
5.1.3.2. Massa / Molaire = aantal mol
5.1.3.3. Volume
5.1.3.3.1. Massa / dichtheid = volume
5.1.3.3.2. Volume x dichtheid = massa
5.1.4. Gasvolume
5.1.4.1. Aantal mol x Vm = gasvolume
5.1.4.2. Gasvolume / Vm = aantal mol
5.2. Structuurformule
5.2.1. Voorbeeld (H2O): O - H - O
5.3. Verhoudingsformule
5.3.1. Voorbeeld: Stel je hebt Fe3+ en S2-. Om deze gelijk aan elkaar te maken doe je Fe x 2 en S x 3. (3x2)+(-2x3) = 0 0 betekent neutraal
5.4. Molecuulformule
5.4.1. Voorbeeld: 3 H20
5.4.1.1. 3 geeft hoeveel moleculen aanwezig zijn
5.4.1.2. 2 geeft hoeveel atomen van voorafgaande atoomsoort aanwezig zijn
5.5. Oplosreactie
5.5.1. Voorbeeld: CuSO4 --> Cu + SO4
5.6. Formule lading (lewisstructuur)
5.6.1. Formule lading: F=V-1/(2B-N)
5.7. Energie balans
5.7.1. E1 + Q = E2
5.7.2. Verwarmen van een stof
5.7.2.1. Q=C×m×ΔT
5.7.3. Evenwichtsconstante
5.7.3.1. K= (〖[C]〗^r X〖[D]〗^s)/(〖[A]〗^p X〖[B]〗^q )
5.7.4. ΔE_reactie=〖∑∆E〗_(vorming (reactieproducten))-〖∑∆E〗_(vorming (beginstoffen))
6. Metalen
6.1. Macro niveau
6.1.1. Vervormbaar
6.1.1.1. Metaal rooster veranderd niet, alleen de locatie
6.1.2. Geleid warmte goed
6.1.3. Glanzend
6.1.4. Geleid stroom goed
6.1.5. Vast bij kamertemperatuur
6.1.6. hoog smelt en kookpunt
6.2. Micro niveau
6.2.1. Model van Bohr
6.2.1.1. o 1, 2 of 3 valentie elektronen o Worden gemakkelijk afgestaan o Weinig elektronegatief
6.2.2. Metaalbindingen --> als elektronen zee model
6.2.3. Metaalrooster
6.3. Legering/alliage
7. Water
7.1. Waterstofbruggen
7.1.1. Binding tussen H en N, O of F
7.1.2. Door elektronegativiteit
7.2. Dipoolmolecuul
7.3. Hydrofiel
7.4. Hydrofoob
8. Ionen
8.1. Iondipoolbinding
8.2. Ionrooster
8.2.1. Niet-metaal is groter dan metaal
8.3. Ionbindingen
8.4. Hoe groter de lading, hoe meer aantrekkingskracht
8.5. Hydratatie
9. Moleculen
9.1. Niet-metalen
9.2. Bezit chemische eigenschappen
9.3. Bindingen
9.3.1. Vanderwaalsbinding
9.3.2. Waterstofbrug
9.3.3. dipool-dipoolbinding
9.4. Organische moleculen
9.5. Anorganische moleculen
9.6. Alkanen
9.6.1. Methaan -> Ethaan -> Propaan -> Butaan ->Pentaan
9.7. Molecuulformule
9.8. Structuurformule
10. Krachten
10.1. Intermoleculaire krachten
10.1.1. Krachten tussen de moleculen
10.1.2. Polair karakter
10.1.3. dipoolmoment
10.2. Intramoleculaire krachten
10.2.1. Krachten binnen in de moleculen
10.2.2. Coulombkracht
10.2.3. Vanderwaalskracht
11. Reacties
11.1. Reactie energie/ activeringsenergie
11.1.1. Endotherme reactie
11.1.1.1. Chemische energie voor is kleiner dan chemische energie na
11.1.2. Exotherme reactie
11.1.2.1. Chemische energie voor is groter dat chemische energie na
11.2. Anabole reacties
11.3. Katabole reacties
11.4. Effectieve botsende deeltjes
11.4.1. Bij effectieve botsing tussen deeltjes geeft het een reactie
11.5. Citroenzuurcyclus
11.6. Hydrolyse
11.7. Verestering
11.8. Condensatie
11.9. Redox reactie
11.10. Additie
11.11. Zuur/ base reactie
11.12. Synthese
12. Metabolisme (stofwisseling)
12.1. Vet
12.1.1. Verzadigd
12.1.2. Onverzadigd
12.1.3. Energie opslag
12.2. Koolhydraten
12.2.1. Glucose
12.3. Eiwitten
12.3.1. Katalyse
12.3.2. Levering calorieën
12.3.3. Levering aminozuren
12.3.4. Opbouw: aminogroep, zuurgroep en restgroep
13. Chemische bindingen
13.1. Intramoleculaire bindingen
13.1.1. Bijvoorbeeld: covalente binding
13.2. Intermoleculaire bindingen
13.2.1. Bijvoorbeeld: waterstofbruggen
13.3. Peptidebinding
14. Materialen
14.1. monomeren en polymeren (plastics)
14.1.1. Thermoharders
14.1.1.1. Crosslinks
14.1.2. Thermoplasten
14.1.3. Elastomeren
14.2. Eigenschappen
14.2.1. Brosheid
14.2.2. Buigsterkte
14.2.3. Hardheid
14.2.4. Oplosbaarheid
14.2.5. Treksterkte
14.2.6. Kookpunt
14.2.7. Smeltpunt
14.2.8. Brandbaarheid
14.2.9. Helderheid
15. Fases
15.1. Gas
15.2. Vloeibaar
15.3. Vast
16. Analyse technieken
16.1. Kwalitatieve analyse
16.1.1. Uiterlijke kenmerken
16.1.2. Chromatografie
16.1.2.1. Gaschromatografie
16.1.3. Massaspectrometrie
16.1.4. Fysische grootheden
16.2. Kwantitatieve analyse
16.2.1. Elektrische geleidbaarheid
16.2.2. Titratie
16.2.3. Chromatografie
16.2.4. Spectrometrie
16.2.4.1. Spectrum
16.2.4.2. Absorptiespectrometrie
17. Zuur en basen
17.1. Zuur
17.1.1. Protondonor
17.2. Basen
17.2.1. Protonacceptor
17.3. (geconjugeerd) zuur-basekoppel
17.4. pH en pOH
17.4.1. Verdunnen
17.4.2. pH+pOH=14
17.4.2.1. -log[H+]
17.4.2.2. -log[pOH-]
17.5. Sterk
17.5.1. Aflopende reactie
17.6. Zwak
17.6.1. Evenwicht
17.7. Evenwichtsvoorwaarde
17.8. Zuur-base reactie
17.8.1. Neutralisatie (reactie)
17.9. Equivalentiepunt
17.10. Chemische reactie
17.11. Amfolyt
17.12. Waterevenwicht
17.13. Zuur- en baseconstanten
18. Brandstoffen
18.1. Scheidingmethodes
18.1.1. Distillatie
18.1.1.1. Distillaat
18.1.1.2. Distilleerkolf
18.2. Elektrolyse
18.2.1. Onledingsreactie
18.3. Fossiele brandstof
18.3.1. Organische stoffen
18.3.1.1. Koolstof (C)
18.3.1.2. Koolstofdioxide (CO2)
18.3.1.3. Grote koolstofketens
18.3.1.3.1. Waterstof
18.3.1.3.2. Zuurstof
18.3.1.4. Energierijk
18.3.2. Ontstaan uit plantaardige en dierlijke resten
18.4. Energierijke binding
18.5. Broeikasgassen
18.5.1. Brandstofcellen
18.5.2. Stikstofdioxiden
18.6. Verbranding
18.6.1. Onvolledige verbranding
18.6.2. Volledige verbranding
19. Redoxreacties
19.1. Reductor
19.2. Oxidator
19.3. Redoxkoppel
19.3.1. Elektronen overdracht
19.4. Elektronen uitwisseling
19.5. Elektrochemische cellen
19.5.1. Halfcel
19.5.2. Elektrode
19.5.2.1. Positieve elektrode
19.5.2.2. Negatieve elektrode
19.5.3. Elektronenstroom
19.5.3.1. Min- en pluspool
19.5.4. Ionenstroom
19.5.4.1. Elektrolyt
19.5.4.2. Zoutbrug
19.5.4.2.1. Poreuze membraan
19.5.5. Bronspanning
19.6. opstellen reactievergelijking
19.6.1. Halfreacties
19.6.1.1. Reductie (elektronen rechts van de pijl)
19.6.1.2. Oxidatie (elektronen links van de pijl)
19.7. Corrosie
19.7.1. Chemische corrosie
19.7.2. galvanische corrosie
20. Zouten
20.1. Elektrovalentie
20.1.1. Ionlading
20.1.2. Ionsoort
20.2. Scheidingsmethodes
20.2.1. Filteren
20.2.2. Hydratie
20.2.2.1. Ionen omkapseld door watermoleculen
20.2.3. Indampen
20.2.3.1. Residu
20.3. Ionon
20.3.1. Atoom of molecuul
20.3.2. Overschot of tekort elektronen
20.3.3. Lading
20.3.3.1. Zowel positief als negatief
20.4. Kristalwater
20.4.1. Kristalrooster
20.4.1.1. Hydraat
20.4.2. Zouthydraat
20.4.2.1. Watermolecuul
20.4.2.2. Zoutmolecuul
20.4.3. Anhydraat (ZONDER KRISTALWATER)
20.5. Metalen en niet-metalen
20.5.1. Neutraal
20.6. Neerslagreactie
20.6.1. Vaste stof vorming
20.7. Dubbel zout
20.8. Bros -> breekt snel
20.9. Geleid geen stroom in vaste fase Geleid wel stroom in vloeibare fase
20.10. Oplossen
20.10.1. Geeft losse ionen
21. Dipoolmoleculen
21.1. Nucleofiel
21.2. Elektrofiel
21.3. Dipoolmoment
21.3.1. Polaire atoombinding
21.3.2. Apolaire atoombinding
22. Isomeren
22.1. Structuur-isomeer
22.2. Stereo-isomeer
22.2.1. Cis-trans isomeer
22.2.2. Spiegelbeeld isomeer
23. Reactie types
23.1. Isomerisatie reactie
23.1.1. Verandering structuur
23.2. Condensatie reactie
23.2.1. H20 komt vrij
23.3. Hydrolyse
23.3.1. H2O wordt opgenomen
23.4. Verestering
23.4.1. zuur + alcohol = ester
23.5. Redox reactie
23.6. Verbreken
23.6.1. Symmetrisch
23.6.2. Asymmetrisch
23.7. Radicaal reactie
23.7.1. Initiatie
23.7.2. Prolongatie
23.7.3. Terminatie
23.8. Sn1
23.8.1. lief, 2 stappen
23.9. Sn2
23.9.1. agressief, 1 stap
23.10. Verbranding
23.11. Elektrolyse
23.12. Zuur base
23.13. Neerslag
23.14. Oplossen
23.14.1. homogeen mengsel
23.15. Ontleding
23.16. Reactie mechanismes
23.16.1. Additie reactie
23.16.1.1. Toevoegen
23.16.2. Substitutie reactie
23.16.2.1. Vervangen
23.16.3. Eleminatie reactie
23.16.3.1. Weghalen
24. Lewisstructuur
24.1. Octetregel
24.2. Formule lading: F=V-1/(2B-N)
24.3. Elektronen uitwisseling
25. Evenwichtsreacties
25.1. Aflopende reacties
25.2. Omkeerbare reacties
25.3. Energie diagram
25.4. Chemisch evenwicht
25.4.1. Homogeen evenwicht
25.4.2. Heterogeen evenwicht
25.5. Evenwichtsconstante K
25.5.1. K= (〖[C]〗^r X〖[D]〗^s)/(〖[A]〗^p X〖[B]〗^q )
25.6. Evenwichtsvoorwaarde
25.7. Verstoring van het evenwicht
25.7.1. Concentratie verandering bij gasevenwicht
25.7.2. Volume verandering bij oplossing
25.7.3. Temperatuurverandering
26. Energiebalansen
26.1. Exotherme reactie
26.1.1. ∆E_reactie < 0
26.2. Endotherme reactie
26.2.1. ∆E_reactie > 0
26.3. Verwarmen van een stof
26.3.1. Q=C×m×ΔT
26.4. Faseovergang van een stof
26.4.1. Q=C×m
26.5. Energiebalans
26.5.1. E1 + Q = E2
26.6. Atoombalans
26.7. Massa balans
26.8. Energie diagram
26.9. Energie inhoud
26.10. ΔE_reactie=〖∑∆E〗_(vorming (reactieproducten))-〖∑∆E〗_(vorming (beginstoffen))
26.11. Activeringsenergie
26.12. Katalysator
26.13. Theorische en praktische opbrengst
26.14. Vormingswarmte
26.15. Verbrandingswarmte
27. Productieproces
27.1. Atoomeconomie
27.2. Rendement
27.3. E-factor
27.4. Q-factor
27.5. MAC-waarde
28. Niet - metalen
28.1. Vaak gasvormig bij kamertemperatuur
28.2. Niet glanzend
28.3. De meeste niet-metalen komen voor in combinatie met andere elementen --> moleculen of zouten
28.4. De niet deelbare stoffen (twee-atomige moleculen)
28.4.1. H2 - N2 - O2 - CI2 - F2 - I2 - Br2
29. Naamgeving
29.1. 1) aantal c is naamgevend
29.2. 2) aantal bindingen bepaald uitgang
29.3. 3) zijgroepen en karakterestieke groepen
29.4. 4) lineair of cirkel
29.4.1. Cirkel: cyclische verbindingen
30. Stoffen
30.1. Mengsels
30.1.1. homogene mengsels
30.1.1.1. Oplossing
30.1.2. Heterogene mengsels
30.1.2.1. Suspensie
30.1.2.2. Emulsie