Welke communicator wil ik zijn voor een groep?Door Eloïse Vandevelde
1. Wat wil ik concreet aanpakken?
1.1. Expressiviteit: zowel in houding als in stem
1.2. Daadkracht: sneller durven ingrijpen, meer controle over klas
2. Hoe ga ik het aanpakken?
2.1. Verlevendigen van de spraak: letten op 1 parameter tegelijk
2.2. Goede ademhaling, goed gesteund staan
2.3. Werken aan zelfvertrouwen
2.4. Opzoekingswerk, na microlessen feedback vragen aan leerkracht
3. Mijn werkpunten
3.1. Intonatie: moeite om expressiviteit in mijn stem te leggen, misschien ook door onzekerheid.
3.2. Houding: mezelf een goede houding geven vind ik moeilijk. Ik moet opletten dat ik geen gesloten houding aanneem en dat ik voldoende van positie verander.
3.3. Stemvolume: ik heb het gevoel dat mijn stem niet voldoende ver draagt en dat ik mijn stemvolume moeilijk kan opdrijven.
3.4. Daadkracht: als een leerling uitweidt over iets, vind ik het moeilijk om deze op tijd te onderbreken.
4. Mijn sterktes
4.1. Articulatie: ik spreek verzorgd en duidelijk
4.2. Feedback geven: belang van positieve bekrachtiging en constructieve feedback
4.3. Lesopbouw- en overgangen: microles zat logisch in elkaar en er was een goede samenhang
4.4. Inspelen op antwoorden van leerlingen: onderwijsleergesprek