Adolescentiepsychologie

1. 3. Cognitieve ontwikkeling

1.1. Fasen: sensomotorische, preoperationele, concreet-operationele, formele

1.2. Assimilatie

1.3. Accommodatie

1.4. Substitutie

1.5. Integratie

1.6. Magisch denken

1.7. Imaginair publiek

1.8. Persoonlijke fabel

1.9. Zwart-wit denken

1.10. pre-conventioneel (1+2) conventioneel (3+4) post-conventioneel (5+6)

1.11. Differentiëren

1.12. Reflecteren

2. 1. Begripsbepaling en uitganspunten

2.1. Vroege adolescentie Midden adolescentie Late adolescentie

2.2. Sturm und Drang / Storm en stress

2.3. Nature- nature debat

2.4. Neuroweteschap

2.5. Biologische, sociale- en historische factor

2.6. Sociaal-culturele ontwikkeling

3. 2. Identiteitsontwikkeling

3.1. The big five

3.2. Id, ego, superego

3.3. Continuiteit

3.4. Erkenning en herkenning

3.5. Vrijheid in afhankelijkheid

3.6. Zinvolle toekomst

3.7. Foreclosure

3.8. Moratorium

3.9. Identity achievement

3.10. Etniciteit

3.11. Acculturatie

3.12. Drie I’s van Kraaijeveld

4. 4. Seksuele ontwikkeling

4.1. Gelijkheidsidealen

4.2. Gender

4.3. Peergroup: social media (fb, insta)

4.4. Etnische afkomst

4.5. Sekserol

4.6. Lichamelijke veranderingen: groei, sekse, hersenstructuur, psyche.

4.7. Orgastisch model

4.8. Relatiemodel

4.9. Liefde-/voortplantingsmodel

4.10. Sociaal leren

4.11. Model leren

4.12. Cognitief leren