Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
Deel 1 Door Mind Map: Deel 1

1. Definities van innoveren

1.1. West

1.1.1. Intentionele introductie en toepassing van nieuwe ideeën, producten, processen en procedures in een team, job of organisatie en die ontwikkeld zijn om een positieve bijdrage te leveren aan dat team, job en organisatie

1.2. Staes

1.2.1. Actief veranderingsproces dat continue aan de gang blijft binnen een organisatie

1.2.2. Ondernemers: willen wel kunnen niet

1.2.3. Innovatieve organisaties: hebben lef en durf om in conflict te gaan, is nodig voor een effectieve innovatie

1.2.4. Creatieve ondernemers: gaan creatief om met weinige info die ze hebben

1.2.5. Continu veranderen: op behoeftes inspelen tot een verandering

1.3. Opleiding

1.3.1. Vermogen vd student om via een doelgerichte werkwijze nieuwe producten, processen en procedures in samenwerking met het ganse team te realiseren en/of te veranderen in functie van een meer kwalitatievere dienstverlening

2. Probleem vs oplossingsgericht

2.1. Oplossing: kijken naar wat al werkt en daarop verder werken met gezamenlijk beeld van de hele organisatie over de gewenste toekomst

2.2. Probleem: probleem analyseren en oplossing implementeren (komt vanuit lg)

3. Waarom innovatie starten?

3.1. Interne oorzaak: vanuit de org zelf

3.2. Externe oorzaak: van buitenaf, van de markt

3.3. Aanleiding: kan positieve en negatieve aanleiding zijn

4. Slaag en faalfactoren

4.1. Slaagfactoren

4.1.1. Startfase: reden waarom? zingeving?

4.1.2. Ontwerpfase: hoe concreet aanpakken?

4.1.3. Invoeringsfase: feedback en successen vieren

4.2. Faalfactoren

4.2.1. Mama De Schoen Past In De orga

4.2.1.1. Verandermanagement

4.2.1.1.1. interne en externe snelheid

4.2.1.1.2. Opportunistisch handelen

4.2.1.1.3. Persoonlijke ambities

4.2.1.2. Veranderdoelen

4.2.1.3. Veranderstrategiën

4.2.1.3.1. Planned organizational change

4.2.1.3.2. Organizational development

4.2.1.4. Veranderproces

4.2.1.5. Interventiemethoden

4.2.1.6. De mens in de organisatie

4.2.1.6.1. Bereidheid

4.2.1.6.2. Interactie en zingeving