Hoogteregeling en wasinstallatie
Door Lennert Provoost
1. Inductieve voertuig-niveausensor
1.1. stroomtrekkende spoelen die een magnetisch veld creêren
1.2. activeringshefboom -> veldverandering
1.3. ASIC
1.4. uigangssignaal temperatuur onafhankelijk
2. Werking wasinstallatie
2.1. De reinigingsvloeistof wordt met een hogedruk in de leidingen gepompt
2.2. De werfkamer zorgt voor kegelvormige druppels
2.3. De vloeistof onder druk duwt de sproeier naar buiten
2.4. De sproeier sproeit de reinigingsvloeistof op de koplampen
3. Voorwaarden wasinstallatie
3.1. Reinigingsdoeltreffendheid voor ≥ 75 %
3.2. Moet kunnen werken bij -35 °C tot 80° C wanneer antivries wordt gebruikt.
3.3. Voldoende water voor 25 of 50 reinigingscycli.
3.4. Verplicht sinds 1996 voor voertuigen uitgerust met Xenonverlichting. ECE reglement nr. R 98
4. Storingen wasinstallatie
4.1. pomp werkt niet
4.2. leidingen lekken
4.3. klep geblokkeerd of defect
4.4. De teleskopische arm is beschadigd of veer kapot
5. Onvoldoende reiniging
5.1. Sproeierpomp niet goed of verkeerd aangesloten
5.2. Systeem moet ontlucht worden
5.3. Leiding gebogen, geplet of lekt
5.4. Klep of sproeier is geblokkeerd
5.5. Componenten bevroren
5.6. Sproeiers niet goed afgesteld
6. Stappenmotor
6.1. 24 stappen voor 360°
6.2. Bipolaire stappenmotorsturing
6.2.1. Stroom beide richtingen door statorspoelen
6.2.2. 4 draden die in verbinding staan met controle unit
6.3. Unipolaire stappenmotorsturing
6.3.1. stroom gaat in richting door de statorspoel