1. Wanneer ben je ziek?
1.1. Disease
1.1.1. Biomedische model: een afwijking in de structuur en/of het functioneren van het lichaam en ziekten in deze betekenis van het woord zijn universeel, onafhankelijk van het individu, de cultuur of groep waarbinnen zij optreden.
1.1.2. Sociologische betekenis: deze verwijst ook naar diagnostische begrippen die de arts gebruikt. Deze medische begrippen zijn geen afbeeldingen van storingen in het lichaam. Hoe artsen bepaalde ziekten zien, is afhankelijk van de medische begrippen die zij tot hun beschikking hebben. Medische begrippen worden door mensen gemaakt en gebruikt, ze worden ‘sociaal geconstrueerd’.
1.2. Illness
1.2.1. Hoe ervaart iemand zijn/haar ziekte. Het kan zijn dat diseases lange tijd onopgemerkt blijven door het uitblijven van illness.
2. Werking diagnostiek
2.1. Wat zijn factoren voor het zoeken naar medische hulp? --> zelfdiagnostiek
2.1.1. het optreden van een interpersoonlijke crisis
2.1.2. overeenkomsten met sociale of persoonlijke relaties (met een ziekte)
2.1.3. sanctionering: een andere persoon heeft geadviseerd of aangedrongen, een dokter te bezoeken
2.1.4. waargenomen overeenkomsten met lichamelijke activiteit
2.1.5. temporalizing symptomatology: "ik ga pas naar de dokter als ... zich voordoet"