
1. spijsverteringstelsel
1.1. organen
1.1.1. tong
1.1.2. slokdarm
1.1.3. maag
1.1.4. 12 vingerigedarm
1.1.5. dunne darm
1.1.6. dikke darm
1.1.7. endeldarm
1.1.8. anus
1.2. functie
1.2.1. om voedsel te verteren
1.2.2. mond: voedsel fijn malen
1.2.3. slokdarm: duwt het voedsel vooruit
1.2.4. maag: kneed het voedsel
1.2.5. dunne darm: neemt voedingstoffen op in het bloed
2. ademhalingstelsel
2.1. organen
2.1.1. luchtpijp
2.1.2. longen
2.1.2.1. bronchiën, longblaasjes.
2.1.3. mond
2.1.4. neus
2.2. functie
2.2.1. dat lucht in je bloed terecht komt
3. bloedsomloop
3.1. organen
3.1.1. hart
3.1.2. aders
3.1.2.1. brengt bloed naar het hard
3.1.3. slagaders
3.1.3.1. brengt bloed weg van het hard
3.2. functie
3.2.1. zorgen dat het bloed door heel je lichaam gaat.
4. bewegingsstelsel
4.1. het skelet ☠
4.1.1. functie
4.1.1.1. beschermt
4.1.1.1.1. hersenen
4.1.1.1.2. hart
4.1.1.1.3. longen
4.1.1.1.4. lever
4.1.1.2. sevigheid
4.1.2. gewrichten
4.1.2.1. elleboog
4.1.2.2. pols
4.1.2.3. schouder
4.1.2.4. knie
4.1.2.5. enkel
4.1.2.6. kaakgewricht
4.1.3. 💀☠
4.1.3.1. schouderblad
4.1.3.2. borstbeen
4.1.3.3. ribben
4.1.3.4. sluetelbeen
4.1.3.5. ruggenwervels
4.1.3.6. dijbeen
4.1.3.7. knieschijf
4.1.3.8. scheenbeen
4.1.3.9. bekken
4.1.3.10. vingerkootjes
4.2. spieren💪
4.2.1. biceps
4.2.1.1. buiger
4.2.2. triceps
4.2.2.1. strekker
4.2.3. buigen
4.2.4. strekken
5. zenuwstelsel
5.1. hersenen
5.2. zenuwen
5.3. ruggenmerg
5.4. zintuigen
5.4.1. neus
5.4.2. mond
5.4.3. oor
5.4.4. gevoeligheid
5.4.4.1. temperatuur
5.4.4.2. pijn
5.4.4.3. aanraking
5.4.5. ogen
6. huid
6.1. functie
6.1.1. de huid bedekt
6.1.2. kan je laten afkoelen