1. Hoofdpersoon 1: Rex Hofman is een medewerker van een wetenschappelijk jeugdtijdschrift. Hij is negen jaar ouder dan zijn vriendin Saskia. Hij houdt van spelletjes en net als Lemorne doet hij graag geheugenspellen. hij vindt het erg dat hij niet weet wat er nou precies met saskia is gebeurt. Hij is liever dood dan dat hij niet weet wat er nou gebeurt is met saskia. En hij krijgt inderdaad het antwoord op de vraag met als gevolgd dat hij dood gaat. Een met haar wordt Rex inderdaad, hij sterft op dezelfde manier en is eindelijk tevreden. Hij komt een beetje gefrustreerd over en heeft net als Saskia ook lichtelijk last van claustrofobie. Hij krijgt immers ook de droom van het gouden ei. Het is een round character.
2. Hoofdpersoon 2: Raymond Lemorne: Hij is een Fransman scheikundeleraar getrouwd en heeft twee dochters. Hij is geobsedeerd door de gedachte dat hij dingen zou kunnen doen die je normaal niet zou doen zoals van een flat springen, een misdaad plegen. Hij is gewetenloos: zonder enige twijfel schiet hij twee kampeerders dood en bereidt hij zijn eigen perfecte misdaad voor. Hij is erg doelgericht. Hij wil zijn doel bereiken en heeft daar alles voor over. Hij oefent veel, alles moet perfect zijn. Hij is perfectionistisch en slim. Het is een round character.
3. Er zijn 2 hoofdpersonen en 2 bijpersonen in het verhaal
4. Bijpersoon 1 :Saskia Ehlvest is 24 jaar oud en de vriendin van Rex. ze heeft last van claustrofobie. Dat blijkt o.a. uit de droom over het gouden ei. Ook wil ze nooit alleen opgesloten zitten. De relatie tussen Saskia en Rex is uitstekent. Dat merk je aan de manier hoe ze met elkaar omgaan. Soms zit Rex Saskia een beetje te plagen, maar dit doet hij omdat hij echt van haar houdt. Dit is een flat character
5. Bijpersoon 2: Lieneke is net als Saskia niet zo'n belangrijk persoon voor het verhaal. gaat vooral om de relatie met Rex. Rex dacht eindelijk weer in staat te zijn om van iemand te houden, maar na zijn nachtmerrie over het gouden ei blijkt dat Saskia altijd tussen hen in blijft staan. Lieneke is een flat character.
6. Thema's die in het verhaal aanbod komen: claustrofobie, liefde, doel, eenzaamheid
7. Motieven die aanbod komen: verdwijning, ontvoering, de dood, liefde, geweld
8. het verhaal wordt verteld in de verleden tijd. De hoofdstukken vormen geen chronologisch geheel het verhaal bestaat uit verschillende terugblikken die je na een tijdje een volledig beeld geven van de situatie.
9. Het genre van het boek: misdaadroman/psychologischeroman
