1. HRM
1.1. specifieke vorm van personeelsmanagement
1.2. relatie met strateigsch beleid
1.3. optimaal benutten arbeidskrachten doel
1.4. belangen werkgever en werknemer beide worden meegenomen en in evenwicht met maatschappelijke ontwikkelingen
2. POGG
2.1. externe benchmarking
2.1.1. overleg tussen gemeenten over personeelsbeleid
2.2. interne benchmarking
2.2.1. ken en stuurgetallen, Balance Score Card wordt gebruikt
3. instutitionele en maatschappelijke ontwikkelingen die verweven zijn
3.1. Institutionele
3.1.1. decentralisatie
3.1.2. differentiatie
3.1.3. deregulering
3.1.4. individualisering
3.2. Maatschappelijke
3.2.1. arbeidsrelaties minder collectivistisch en minder centraal gereguleerd
3.2.2. marktprincipes belangrijk bij vormgeving arbeidsrelaties
3.2.3. binnen arbeidsrelaties grote keuzevrijheid
3.2.4. meer politiek beladen verhoudingen binnen bedrijven, meer druk op kwaliteit interne overleg- en onderhandelingskanalen
3.2.5. kwaliteit interne verhoudingen belangrijke concurrentiefactor
3.2.6. kennisintensivisering en tempoversnelling leiden tot tweedeling op arbeidsmarkt en samenleving
4. duurzaam HRM
4.1. respect
4.1.1. vertrouwen en verantwoordelijkheid
4.2. omgevingsbewustzijn
4.2.1. bewust van omgevingsfactoren als maatschappelijk, technologisch ed.
4.3. continuïteit
4.3.1. verticale integratie, samenhang met strategisch beleid