1. Oppergod
1.1. Heeft macht over alle goden, machten en mensen
2. Vrouwen
2.1. Hera
2.1.1. Dochter titanen Kronos en Rheia
2.1.2. Beschermgodin van huwelijk
2.1.3. 4 Kinderen
2.1.3.1. Ebe
2.1.3.1.1. Lievelingsdochter
2.1.3.2. Hephaistos
2.1.3.3. Eileithyia
2.1.3.4. Ares
2.2. Metis
2.2.1. Godin van wjsheid
2.2.2. Één kind
2.2.2.1. Athene
2.2.2.1.1. Lievelingsdochter
2.2.2.1.2. Geboren uit Zeus' schedel
2.2.3. Zit in de buik van Zeus
2.2.3.1. Vertelt hem wat goed en slecht is
2.3. Leto
2.3.1. Één tweeling
2.3.1.1. Artemis
2.3.1.2. Apollo
2.3.1.3. Doodde beide de monster
2.3.2. Hera stuurde een monster op haar af tijdens haar zwangerschap
2.4. Leda
2.4.1. Koningin van Sparta
2.4.2. Kinderen
2.4.2.1. De Dioskouren
2.4.2.1.1. Kastor
2.4.2.1.2. Polydeukes
2.4.2.1.3. Betekenis = Zonen van Zeus
2.4.2.2. Helena
2.4.3. Werd verleid door Zeus, die veranderd was in een zwaan. Toen ze moest bevallen legde ze eieren.
2.5. Lo
2.5.1. Zeus werd verliefd op haar. Veranderde haar in een prachtige koe, omdat Hera jaloers werd. Hera wilde de koe hebben en hij gaf het aan Hera. Hera liet Argus over haar waken. Zeus stuurde Hermes op Argus af. Argus viel in slaap en Hermes nam de koe mee. Hij raakte haar kwijt en Hera stuurde een horzel op haar af. Lo rende over Lonischeu Zee naar Egypte. Zeus veranderde haar daar weer in een mens.
2.5.2. Trouwde uiteindelijk met een Farao.
2.6. Danaë
2.6.1. Danaë's vader hoorde van het Orakel dat de zoon van zijn dochter hem zou vermoorden en zelf de macht overnam. Hij sloot zijn dochter op in een klein torentje. Zeus maakte Danaë uiteindelijk toch zwanger. Toen Akrisios hoorde van een wachter dat Danaë zwanger was ontplofte hij. Hij stopte zijn zwangere dochter in een grote juten zak en gooide de zak in de zee. De zak spoelde aan en Danaë kreeg een zoontje.
2.6.2. Prinses
2.6.3. Één kind
2.6.3.1. Perseus
2.6.3.1.1. Beroemd vanwege zijn mythes
2.7. Semele
2.7.1. Godin van aarde
2.7.2. Zeus werd boos op haar en Selene overleed. Zeus sneed haar buik open, haalde zijn kindje eruit en stopte het in zijn dijbeen. Er kwam later een jongetje uit.
2.7.3. Één kind
2.7.3.1. Dionysos
2.7.3.1.1. God van de druiven
2.7.3.1.2. God van de wijn
2.7.3.1.3. God van feesten
2.7.3.1.4. God van vruchtbaarheid
2.7.3.1.5. God van chaos
3. Zoon van Kronos en Rheia
3.1. Twee van de twaalf titanen
4. Betekenis naam = de stralende
5. Het weer
5.1. Slingerde met blksem
5.2. Verzamelde wolken
5.3. Veroorzaakte regen en sneeuwval
6. Natuur aan hem onderworpen
7. Woonde op Olympus
7.1. Woonden ook andere goden
8. Heilige symbolen
8.1. De adelaar
8.2. De eik
8.3. Zijn schild
8.4. Gaf voortekens aan de mens
9. Mythes
9.1. Zeus en Kronos
9.1.1. Zeus stootte Kronos van de troon en werd zo oppergod.
9.2. Zeus en de giganten
9.3. Europa en Zeus
10. Attributen
10.1. Scepter
10.1.1. Wereldlijke macht
10.2. Een wereldbol
10.2.1. Geeft aan heer en meester over aarde
10.2.2. Bliksemschicht