SWOT Participatiecentra Amsterdam
Door Dries Bartelink
1. Zwakten
1.1. Financiering
1.1.1. Structurele financiering onduidelijk en onzeker
1.1.2. Onzekerheid budget 2010
1.2. Aanbod i.p.v. vraaggericht?
1.3. Middel (participatiecentrum) i.p.v. doel centraal
1.4. Beperkt zicht op doel en doelgroepen (=achterliggend probleem)
1.5. Rollen en verantwoordelijkheden nog niet helder
1.6. versnippering aan de voorkant: acquisitie gericht op "binnenhalen" van klanten voor eigen resultaat
1.7. Onzekerheid stedelijk beleid
1.8. Eenzijdig gericht op taal- en welzijnsaanbod, onderwijs/opleidingsaanbod en vooral ondernemerschap is ondervertegenwoordigd.
1.8.1. Waar is de fun?
1.8.1.1. New node
2. Bedreigingen
2.1. Bezuinigingen / heroverwegingen
2.2. Implementatie Mertens leidt tot interne gerichtheid
2.3. kip/ei-discussie: we moeten eerst de doelgroepen kennen voordat we starten vs we moeten starten om de doelgroepen te leren kennen
2.4. Imago van loket nr. zoveel, bijkantoor DWI, of "centrum voor kanslozen"
3. New node
4. Sterkten
4.1. Er is momentum / postieve energie bij betrokkenen
4.2. Stadsdelen willen hun rol pakken
4.3. Er zijn eerste veelbelovende initiatieven
4.4. enorme bereidheid tot samenwerken in de uitvoering
4.5. Er is een geweldig gevarieerd participatie-aanbod
4.5.1. New node
4.6. Het participatiecentrum is DE plek waar leemtes in het aanbod aan het licht komen
5. Kansen
5.1. Sociale Alliantie
5.2. Verkiezingen en nieuwe besturen
5.3. Implementatie Mertens biedt kansen voor stadsdelen
5.4. Bezuinigingen = kans want dwingt tot samenwerken
5.5. Vraag en aanbod beter op elkaar afstemmen
5.6. Bewoners met grote afstand tot arbeidsmarkt prikkelen hen te activeren
5.6.1. wijkgericht: goede vindplaats Nuggers
5.7. Nieuwe media biedt ongekende mogelijkheden om vraag en aanbod met elkaar te koppelen.
5.7.1. De kans om ondernemerschap in het participatiedomein te betrekken en omgekeerd.