Ontwikkeling absolutisme in Frankrijk in de 17de eeuw

1. Middeleeuwen

1.1. Feodale samenleving

1.1.1. feodale stelsel

1.1.2. standensamenleving

1.1.2.1. geestelijkheid

1.1.2.2. adel

1.1.2.3. boeren (wel 95%)

2. Problemen v/d koning

2.1. geldproblemen

2.1.1. Belasting verhogen d.m.v. bedes

2.1.1.1. vertegenwoordigers standenvergadering stemmen niet toe.

2.2. Adel onbetrouwbaar

2.2.1. leen wordt doorgegeven a/d zoon v/d leenman

2.2.1.1. eigenlijk moet leen weer teruggeven worden a/d leenheer

2.2.2. verzet tegen koninklijke controle

2.2.3. adel weigert soms hulp bij oorlog

2.3. Steden willen eigen bestuur

3. Oplossingen (eigenlijk keuzes)

3.1. Steden zijn rijk door handel

3.1.1. Koning geeft privileges in ruil voor belasting

3.1.2. huursoldaten bij oorlogen i.p.v. adel

3.1.3. Ambtenaren voor bestuur i.p.v. adel

3.2. centralisatie

3.2.1. vanuit een stad het rijk besturen

3.2.2. sterke koning met veel ambtenaren

3.2.3. over zelfde wetten en rechtspraak

3.3. Keuzes, omdat je niet allebei kan uitvoeren tegelijk.

3.3.1. waarom niet?

3.3.1.1. centralisatie(= overal zelfde wetten en rechtspraak)

3.3.1.1.1. dus kan je geen privileges geven, want dan is het geen centralisatie