1. Beginsituatie
1.1. Veel van de kinderen hebben een aandacht- of gedragstoornis.
1.2. Het is een combinatiegroep
1.3. De drie kinderen met dyslectie hebben speciale onderwijsbehoeften
1.3.1. Doel voor het schrijven van een tekst bijvoorbeeld aanpassen op hun niveau.
1.4. Er zitten ook twee jongens die een stuk slimmer zijn dan de rest en wel alles in 1 keer goed kunnen doen. Zij hebben ook speciale onderwijsbehoeften.
1.4.1. Zorg voor extra werk
2. Opdrachten
2.1. Excursie
2.1.1. Naar een kasteel en daar allemaal leuke opdrachten doen.
2.2. Verhaal schrijven
2.3. Werkbladen
2.4. Quiz
2.4.1. Op het moment dat de kinderen geleerd hebben wat er voor rollen waren in de middeleeuwen kan ik ze hierop toetsen door middel van kahoot in de vorm van een quiz.
3. vakken
3.1. ICT
3.1.1. kahoot.it
3.2. Taal
3.2.1. Hoofdpersonen beschrijven
3.2.2. Volgorde in een verhaal
3.2.3. Spannend maken van een verhaal
3.3. Rekenen
3.3.1. Rekenen mag ik niet veel aan aanpassen, omdat het rekenniveau erg laag ligt.
3.3.1.1. Ik kan wel de contexten aanpassen, zodat het meer leeft.
3.4. Tekenen
3.4.1. 2D en 3D
3.4.2. Kasteel tekenen
3.4.3. schaduw gebruiken
3.4.4. Houtskool
3.5. Aardrijkskunde
3.5.1. De kinderen denken na over waar het handigst is om een kasteel te bouwen.
3.6. Geschiedenis
3.6.1. Verhalen vertellen
3.6.1.1. Hoe leefden mensen vroeger?
3.6.1.2. Wat voor mensen waren er allemaal?
3.7. Begrijpend lezen
3.7.1. Lessen geven volgens de methode alles in 1.
3.8. Muziek
3.8.1. Het aanleren van een liedje
3.8.2. Zelf een nieuw couplet laten schrijven voor het liedje
4. Doelen
4.1. De kinderen leren zonder dat ze weten dat ze met een vak bezig zijn
4.2. Taaldoelen
4.2.1. Doelen vanuit de taalmethode
4.2.1.1. Groep 6: De kinderen schrijven een verhaal. Hierbij letten ze op het beschrijven van de hoofdpersoon en maken ze het spannend d.m.v. een probleem o.i.d.
4.2.1.2. groep 5: De kinderen schrijven een verhaal over een van de hoofdpersonen waar ik ze uit laat kiezen. Hierbij letten ze op de woorden die een volgorde aan geven. Eerst , daarna , ten slotte etc.
4.3. Rekendoelen
4.3.1. Doelen vanuit de rekenmethode.
4.3.1.1. groep 5: De kinderen leren optellen en aftrekken over het honderdtal.
4.3.1.2. Groep 6: De kinderen leren het maken van keersommen met tientallen.
4.4. Tekendoelen
4.4.1. De kinderen leren tekenen in 3D
4.5. Aardrijkskundedoel
4.5.1. De kinderen leren wat de voordelen zijn van verschillende omgevingen om een kasteel te bouwen
4.6. Geschiedenisdoel
4.6.1. groep 5: De kinderen leren een gebeurtenis te plaatsen op een tijdlijn.
4.6.2. groep 6: Ze kennen de plaats van het tijdvak van de mideleeuwen en de tijdvakken eromheen.