Grondbegrippen
Door Maud Sijm
1. vorm=hoe
1.1. proza
1.1.1. regellengte is afhankelijk van de lengte van het papier
1.2. poëzie
1.2.1. regellengte onafhankelijk van bladspiegel
2. inhoud=wat
2.1. zakelijke teksten
2.1.1. didactiek
2.1.1.1. teksten met boodschap
2.2. fictionele teksten
2.2.1. epiek
2.2.1.1. teksten waarin een verhaal verteld wordt.
2.2.2. lyriek
2.2.2.1. teksten waar rechtstreeks gevoel wordt uitgedrukt.
2.2.3. dramatiek
2.2.3.1. alle toneelstukken