Biotechnologie
Door Cynthia De Wilde
1. klassieke biotechnologie
1.1. via selectief kruisen
1.2. gebruik micro-organismen
1.3. DNA niet of indirect aangepast
1.4. soortbarrière
1.5. kan generaties lang duren
2. natuurlijke genenoverdracht
2.1. door bacteriën
2.1.1. plasmiden
2.1.2. doorgegeven via pilus = cytoplasmabrug
2.1.3. conjugatie
2.2. door virussen
2.2.1. bacteriofaag
2.2.1.1. lytische fase
2.2.1.2. lysogene fase
2.2.1.2.1. insertie
2.2.1.2.2. profaag
2.2.1.2.3. dublicatie
2.2.1.2.4. excisie
2.2.1.2.5. ! transductie
2.2.2. bij mensen
2.2.2.1. DNA-virussen
2.2.2.2. RNA-virussen
2.2.2.2.1. overgeschreven tot virusproteïnen
2.2.2.2.2. omgezet tot viraal DNA
3. moderne biotechnologie
3.1. = gentechnologie
3.2. rechtstreeks ingrijpen op DNA
3.3. genetisch gemodificeerd organisme
3.4. soortbarrière doorbroken
3.5. snel de gewenste eigenschappen
4. kunstmatige genenoverdracht
4.1. restrictie-enzymen = knipenzymen
4.2. DNA-ligase = plakenzymen
4.3. transport
4.3.1. vectoren
4.3.2. liposomen
4.3.3. micro-injectie
4.3.4. elektroporatie
4.3.5. genenkanon
4.4. genexpressie
4.5. genome editing
4.5.1. synthetisch aangemaakt gen verbonden aan restrictie-enzymen
4.5.2. slecht gen weggehaald en verbeterd gen in de plaats gezet