1. milieu
1.1. vleesindustrie
1.1.1. 12% van de broeikasgassen
1.1.1.1. mest
1.1.1.2. transport van dieren/vlees
1.1.1.3. CO2-uitstoot
1.1.2. ontbossing
1.1.2.1. aanleg maïsvelden
1.1.2.2. minder omzetting CO2-O2
1.1.2.3. verdwijnen natuurgebieden
1.1.3. plastic verpakkingen
2. financieel
2.1. duur
2.1.1. biologisch vlees
2.1.2. vleesvervangers
2.1.3. lokaal vlees
2.2. goedkoper
2.2.1. kleinere porties
2.2.2. groenten
3. wereldvoedselprobleem
3.1. vruchtbare landbouwgrond
3.1.1. in arme landen
3.1.2. 1/3 voor veevoeder
3.1.3. minder grond voor lokale bevolking
3.2. overschot vlees
3.2.1. naar arme landen
3.2.2. goedkoop verkocht
3.2.3. lokale boeren verdienen te weinig
4. wat?
4.1. geen vlees
4.1.1. f
4.2. 3+ dagen/week
5. gezondheid
5.1. carnivoor
5.1.1. teveel eiwitten
5.1.2. transvetten
5.1.3. cholesterol
5.2. flexitarër
5.2.1. meer variatie
5.2.2. vleesvervangers
5.2.3. plantaardige vetten
6. dierenwelzijn
6.1. voor slachting
6.1.1. productbehandeling
6.1.1.1. weinig ruimte
6.1.1.2. veel stress
6.1.2. antibiotica
6.1.3. vijandige omgeving
6.2. tijdens slachting
6.2.1. verdoving
6.2.2. nooit daglicht