Laten we beginnen. Het is Gratis
of registreren met je e-mailadres
Vaardigheden Door Mind Map: Vaardigheden

1. Verbaal luistergedrag

1.1. Maakt stimulerende vragen.

1.2. Vat samen en parafraseert.

1.3. Stelt vragen

2. Soorten vragen

2.1. Open vraag

2.1.1. De ander kan zelf bepalen hoe hij antwoord geeft

2.2. Gesloten vraag

2.2.1. De ander wordt gedwongen om een bepaalde keuze te maken uit een beperkt aantal mogelijke antwoorden.

2.3. Hoofdvraag - doorvraag

2.3.1. Hoofdvraag bevat thema interview

2.3.2. Doorvraag neemt deel van antwoord als uitgangspunt.

2.4. Samenvattende vraag

2.4.1. Confronterende samenvatting

2.4.2. Ordenende samenvatting

2.4.3. 'uitlokkende' samenvatting

3. Communicatie

3.1. Lichaamstaal

3.1.1. 55%

3.2. Stemgebruik

3.2.1. 38%

3.3. Inhoud

3.3.1. 7%

4. SOFTEN

4.1. Smile

4.1.1. Glimlach

4.2. Open posture

4.2.1. Open houding

4.3. Forward Lean

4.3.1. Na voren leunen

4.4. Touch

4.4.1. Aanraken

4.5. Eye contact

4.5.1. Oogcontact

4.6. Nod

4.6.1. Knikken

5. LSD

5.1. 1. Luisteren

5.2. 2. Samenvatten

5.3. 3. Doorvragen

6. Nominale gesprekstechniek

6.1. 1. Benoem voorzitter en notulist

6.2. 2. Voorzitter introduceert onderwerp en leid het overleg.

6.3. 3. Deelnemers noteren in eigen stilte ideeën.

6.4. 4. Voorzitter: elke deelnemer de kans om ideeën toe te lichten Notulist: noteert alle ideeën in kernwoorden op papier

6.5. 5. Voorzitter: leidt “discussie” over waarde van de ideeën, het zoeken van overeenkomsten, het generen van eventuele nieuwe ideeën

6.6. 6. Rangorde bepalen (Voorzitter) Elke deelnemer (incl. Voorzitter & Notulist) kent punten toe

6.7. 7. Afronden om te komen tot een voorstel

7. Feedback

7.1. Hoe het gedrag van anderen wordt waargenomen.

7.2. Hoe het gedrag van anderen wordt geïnterpreteerd.

7.3. Wat voorn effect het gedrag heeft.

7.4. Doel: Bewust maken van gewenst of ongewenst waarneembaar gedrag.

8. Formule verbetersuggestie

8.1. 1. Ik zie, hoor... (= welk gedrag neem je concreet waar.)

8.2. 2. Het effect op mij is…(= je interpretatie) • Dit werkt goed omdat….(compliment) • Dit werkt niet goed omdat….(kritiek)

8.3. 3. Mijn verbetersuggestie is…? Tip?

9. Communicatieproces

9.1. Zender

9.2. Ontvanger

10. Non-Verbaal spreekgedrag

10.1. Oogcontact

10.2. Gezichtsuitdrukking

10.2.1. Mimiek moet je verhaal ondersteunen

10.3. LIchaamshouding

10.3.1. één goede gesprekshouding en die is gericht naar je gesprekspartner.

10.4. Kleding

10.4.1. Kleding aanpassen aan de omgeving.

10.5. Gebarren

10.5.1. Woorden ondersteunen d.m.v. gebaren met handen, armen, hoofd of schouders.

10.6. intonatie

10.6.1. Duidelijker, langzamer en luider spreken als je voor een groep staat dan dat je normaal doet.

10.7. Zwijgen

10.7.1. Een stilte laten vallen.

11. Feedback

11.1. Ruis

12. Non-directieve tweegesprek

12.1. geïnterviewde staat centraal.

12.2. volgorde van vragen staat niet vast.

13. directieve tweegesprek

13.1. Interviewer is gespreksleider.

13.2. Vragen staan vooraf vast en de volgorde ook.

13.3. De interviewer bepaald het onderwerp en welke aspecten er belicht worden.

14. Feedback ontvangen

14.1. 1. Luister naar de feedback

14.2. 2. Stel vragen ter verduidelijking

14.3. 3. Vat samen (LSD)

14.4. 4. Besef dat het de waarneming/interpretatie van de ander is.

14.5. 5. Accepteer dat de ander jouw gedrag zo ervaart.