1. Het voel-grijp-mond kind
1.1. Fysieke ontwikkeling
1.1.1. Motorische ontwikkeling
1.1.1.1. Grove motoriek
1.1.1.1.1. Schouderspieren -> sterker
1.1.1.1.2. 4 maand: ondersteunen armen + hoofd heffen + rollen buik naar rug
1.1.1.2. Fijne motoriek
1.1.1.2.1. Voorwerpen naar mond brengen
1.1.2. Sensomotorische ontwikkeling
1.1.2.1. Oog-handcoördinatie = voorwerpen grijpen + naar mond
1.1.2.2. Hoofd draaien naar vertrouwde geluiden
1.1.2.3. 4 maand: spartelen met voeten + grijpen naar voeten
1.2. Psychische ontwikkeling
1.2.1. Cognitieve ontwikkeling
1.2.1.1. Denken niet echt na
1.2.1.2. Actief reageren op indrukken
1.2.1.3. Wisselwerking waarnemen + motoriek
1.2.2. Taalontwikkeling
1.2.2.1. langgerekte klinkers aaa's & ooo's -> vocaliseren
1.2.3. Emotionele ontwikkeling
1.2.3.1. Hechten aan vast verzorgers
1.2.4. Persoonlijkheidsontwikkeling
1.2.4.1. Ontwikkeling v/d wil
1.2.4.1.1. Met meer middelen tonen wat wil
1.2.4.2. Morele ontwikkeling
1.2.4.2.1. 5 maand: onderscheid goed & afkeuring
1.2.4.2.2. Volwassene: voorbeeldfunctie
1.2.4.3. Seksuele ontwikkeling
1.2.4.3.1. Lichamelijk contact -> belangrijk
1.2.4.4. Sociale ontwikkeling
1.2.4.4.1. 4 belangrijke manieren om communiceren
1.2.4.4.2. Klanken & gelaatsuitdrukkingen nabootsen -> Spiegelen
2. De prenatale ontwikkeling
2.1. Vanaf bevruchting ontwikkeling
3. Het kijk-voelkind
3.1. Fysieke ontwikkeling
3.1.1. Lichamelijk ontwikkeling
3.1.1.1. Baby ong 3 kg + 50 cm
3.1.1.2. Hoofd 1/4 lichaam
3.1.2. Motorische ontwikkeling
3.1.2.1. Grove motoriek
3.1.2.1.1. Slaapt in foetushouding
3.1.2.2. Fijne motoriek
3.1.2.2.1. Reflexen
3.1.3. Sensorische ontwikkeling (=zintuigen)
3.1.3.1. Zien: donker / licht in baarmoeder
3.1.3.2. Voelen: lichaamswarmte belangrijk
3.1.3.3. Aangetrokken tot hoge tonen
3.2. Psychische ontwikkeling
3.2.1. Cognitieve ontwikkeling
3.2.1.1. Nabootsen: Gezichtsuitdrukkingen imiteren
3.2.1.2. Gewenning: Raakt gewoon aan terugkerende prikkels
3.2.1.3. Herhaling: Kijken hoe hij best reageert
3.2.2. Taalontwikkeling
3.2.2.1. Communiceert door huilen
3.2.2.1.1. Honger
3.2.2.1.2. Natte luier
3.2.2.1.3. Getroost
3.2.2.2. Communiceert op non-verbale manier
3.2.2.2.1. Glimlachen
3.2.2.2.2. Geluiden (aaa's + ooo's)
3.2.3. Emotionele ontwikkeling
3.2.3.1. Gehechtheidsgedrag
3.2.3.1.1. Behoeften baby bevredigen
3.2.4. Persoonlijkheidsontwikkeling
3.2.4.1. Ontwikkeling v/d wil
3.2.4.1.1. Ongenoegen uitdrukken
3.2.4.2. Morele ontwikkeling
3.2.4.2.1. Weet niet wat goed/ slecht
3.2.4.3. Seksuele ontwikkeling
3.2.4.3.1. Lichamelijk contact leuk
3.3. Emotionele ontwikkeling
3.3.1. Allemansvriend
3.3.2. Glimlacht bij prettige situatie