1. doel van (leren) reflecteren
1.1. Westberg en Jason (2001)
1.1.1. Kennis construeren
1.1.1.1. Verborgen kennis ontdekken
1.1.1.2. tekorten in kennis ontdekken
1.1.1.3. Kennis uit ene ervaring leren toepassen in andere situatie
1.1.1.4. Nieuwe kennis integreren in professioneel handelen
1.1.2. Ontwikkelen van adequate attitude en vaardigheden
1.1.2.1. Beter inleven in anderen
1.1.2.2. mogelijkheden leren benuttne
1.1.2.3. meer verbinden met wat je leert
1.1.2.4. zelfvertrouwen ontwikkelen
1.1.2.5. bewuster en sneller leren
1.1.2.6. leerdoelen ontwikkelen
1.1.2.7. zien waar jouw verantwoordelijkheid ligt
1.1.2.8. ontwikkelen kritische en onderzoekende houding
1.1.2.9. ontwikkelen ethische houding
1.1.2.10. afgewogen keuzes leren maken
1.1.3. Zelfkennis vergroten
1.1.3.1. je normen, overtuigingen en vooronderstellingen ontdekken
1.1.3.2. je drijfveren leren kennen
1.1.3.3. je denkpatronen leren kennen
1.1.3.4. je gevoelens leren kennen
2. feedback
2.1. feedback maakt bewust
2.1.1. info geven hoe iemands gedrag wordt waargenomen, begrepen, ervaren
2.1.2. kan tot nieuwe inzichten leiden
2.2. functies van feedback
2.2.1. jezelf zien door de ogen van een ander
2.2.2. ontdekken vat zichtbaar wordt in je handelen
2.2.3. handvatten ontvangen om je handelen bij te stellen
2.2.4. sneller, efficiënter en beter kennen (voor leerresultaten)
2.3. feedback geven
2.3.1. Coby Brouwer (1996) : basisregels
2.3.1.1. altijd eerst zeggen wat goed ging (positief)
2.3.1.2. dan zeggen wat er beter kan
2.3.1.3. vertellen hoé het beter kan en laten zien
3. ervaringen
3.1. leren van ervaringen die je opdoet
3.1.1. met studie, stage, beroep, verwerken theorie, verbinden theorie/praktijk/ personen, verwerven v beroepscompetenties
3.2. contact maken met ervaringen
3.2.1. reflectief schrijven in logboeken / weblogs
3.2.2. beeldopname of geluidsopname
3.2.3. tekenen
3.2.4. rollenspel
3.2.5. verhalen vertellen
3.2.6. spel doen
3.2.6.1. gevoelswereldspellen
3.2.6.2. kwaliteitenspel
3.2.6.3. kernkwadrantenspel
3.2.6.4. stel je eens voor
3.3. kiezen van een ervaring
3.3.1. je bent zelf het uitgangspunt
3.3.2. aanleiding tot puzzelen
3.3.3. afstand tot de ervaring
3.3.4. positieve ervaringen
3.4. omvormen van een ervaring tot leermateriaal
3.4.1. door ervaringen om te zetten in taal > grip op die ervaring
3.4.2. taal helpt om die ervaringen om te zetten in (nieuwe) kennis
3.4.3. ervaring opschrijven : voor ordenen en kaderen
3.4.4. ervaring delen met anderen : onder woorden moeten brengen (mond/ schrift)
3.4.5. taal helpt om onze ervaringen tot uitdrukking te brengen : wat we denken, voelen, etc
4. Terugblikken op je ervaringen
4.1. Schön (1983, 1987)
4.1.1. reflection-in-action
4.1.1.1. intuïtie, verborgen kennis en reflectie beïnvloeden het handelen en het bijsturen
4.1.2. reflection-on-action
4.1.2.1. reflecteren na het handelen
4.2. hoe verbind je de in-action en on-action aan wat hij al wist en aan kaders van SW- beroep
4.3. Atkins en Murphy (1993)
4.3.1. fases van reflecteren
4.3.1.1. 1) bewustwording
4.3.1.2. 2) kritische analyse
4.3.1.3. 3) nieuw perspectief
5. een definitie van reflecteren
5.1. elementen
5.1.1. eigen ervaringen > uitgangspunt
5.1.2. worden in bewustzijn gebracht
5.1.3. worden kritisch bekeken
5.1.4. leiden tot nieuw perspectief
5.2. definitie
5.2.1. handelen, denken, voelen, willen
5.2.1.1. in een ervaring zit :
5.2.1.1.1. handelingsaspect
5.2.1.1.2. cognitief aspect
5.2.1.1.3. emotioneel aspect
5.2.1.1.4. motivationeel aspect
5.2.1.2. beïnvloed door gedachten , gevoelens en intenties
5.2.1.3. Korthagen (2008)
5.2.1.3.1. denken in het hoofd, voelen in het hart en willen in de buik : "lift" gaat op en neer tussen deze drie
5.2.2. context
5.2.2.1. Siegers (2002)
5.2.2.1.1. niveaus
5.2.2.1.2. derde dimensie :
5.2.3. in bewustzijn brengen en betekenis verlenen
5.2.3.1. elementen (handelen, denken,voelen, willen en context) in bewustzijn brengen en betekenis aan verlenen
5.2.3.2. reflecteren geeft op 2 niveaus betekenis :
5.2.3.2.1. op professioneel (sociale professional in opleiding, beroep)
5.2.3.2.2. persoonlijk niveau
5.2.4. nieuwe perspectieven
5.2.4.1. elementen integreren en tot nieuwe perspectieven komen
5.2.4.2. anders denken, voelen en willen
5.2.4.3. vanuit een andere bril naar de situatie kijken