Get Started. It's Free
or sign up with your email address
complex gedrag by Mind Map: complex gedrag

1. pathofysiologie

1.1. intracraniëel

1.1.1. cerebrale laesies

1.1.1.1. hersenstam

1.1.1.1.1. bewustzijn

1.1.1.2. diencephalon

1.1.1.2.1. apathie

1.1.1.2.2. stemming

1.1.1.2.3. eet- en drinkgedrag

1.1.1.3. limbisch systeem

1.1.1.3.1. korte termijn geheugen

1.1.1.3.2. aandriftstoornis

1.1.1.4. frontale kwabben

1.1.1.4.1. frontaal syndroom

1.1.1.5. temporaal kwabben

1.1.1.5.1. psychomotore epilepsie

1.1.1.5.2. psychosen

1.1.1.5.3. stemmingstoornissen

1.1.1.5.4. persoonlijkheidstoornissen

1.1.1.5.5. geheugenstoornissen

1.1.1.5.6. sensorische afasie

1.1.1.6. rechter hemisfeer

1.1.1.6.1. apraxie

1.1.1.6.2. desorientatie

1.1.1.6.3. neglect

1.1.1.7. linker hemisfeer

1.1.1.7.1. sensorische afasie

1.1.1.7.2. apraxie

1.1.1.8. parietale kwabben

1.1.1.8.1. sensibiliteitsstoornissen

1.1.1.8.2. stoornissen in het lichaamsschema

1.1.1.9. occipitale kwabben

1.1.1.9.1. gezichtsvelddefecten

1.1.1.9.2. visuele hallucinaties

1.1.1.9.3. blindheid

1.1.1.10. motorische schors

1.1.1.10.1. paresen

1.1.1.10.2. motorische afasie

1.1.2. infecties

1.1.3. trauma capitis

1.1.4. cerebrovasculaire aandoeningen

1.1.5. tumoren

1.1.6. epilepsie

1.2. extracraniëel

1.2.1. koortsende ziekten

1.2.2. metabole stoornissen

1.2.2.1. nieren

1.2.2.2. lever

1.2.2.3. schildklier

1.2.3. water- en elektrolytenhuishouding

1.2.4. intoxicaties

1.2.5. onttrekkingen

2. classificatie systemen

2.1. NANDA verpleegkundige diagnoses

2.1.1. domein 5 waarneming/cognitie

2.1.1.1. acute verwardheid

2.1.1.2. verstoorde verbale communicatie

2.1.1.3. labiele emotionele beheersing

2.1.1.4. ineffectieve impulsbeheersing

2.1.1.5. geheugenstoornis

2.1.1.6. Untitled

2.1.2. domein 6 zelfperceptie

2.1.2.1. hopeloosheid

2.1.2.2. identiteitsstoornis

2.1.2.3. Untitled

2.1.3. domein 9 coping/stresstolerantie

2.1.3.1. ineffectieve planning van activiteiten

2.1.3.2. angst

2.1.3.3. defensieve coping

2.1.3.4. ineffectieve coping

2.1.3.5. machteloosheid

2.2. ICF

2.3. OMAHA

3. casus in context

4. medische achtergrond

4.1. anamnese

4.1.1. comprehensice geriatric assessment CGA

4.1.2. Mini Mental State Examination MMSE

4.1.3. aanvullend onderzoek

4.2. diagnostiek

4.2.1. DSM V

4.2.1.1. disruptieve, impulsbeheersings- en andere gedragsstoornissen

4.2.1.2. neurocognitieve stoornissen

4.2.1.2.1. complexe aandacht

4.2.1.2.2. executieve functies

4.2.1.2.3. leren en geheugen

4.2.1.2.4. taal

4.2.1.2.5. perceptueel-motorisch

4.2.1.2.6. sociaal cognitieve functies

4.3. ziektebeelden

4.3.1. volwassenen en ouderen

4.3.1.1. psychose

4.3.1.2. neurocognitieve stoornissen

4.3.1.2.1. delier

4.3.1.2.2. focale neuropsychologische verschijnselen

4.3.1.2.3. dementie

4.3.1.3. neurodegeneratieve aandoeningen

4.3.2. kinderen en adolescenten

4.3.2.1. disruptieve, impulsbeheersings- en andere gedragsstoornissen

4.3.2.2. neurobiologische ontwikkelingsstoornis

4.3.2.2.1. ADHD

4.3.2.3. persoonlijkheidsstoornis

5. bronnen

6. Bio-psychosociaal model