Antisemitisme & de Sjoa

Get Started. It's Free
or sign up with your email address
Antisemitisme & de Sjoa by Mind Map: Antisemitisme & de Sjoa

1. Doelen

1.1. Belangrijkste verschillen traditioneel en modern antisemitisme beschrijven

1.2. Betekenis volgende begrippen

1.2.1. Antisemitisme

1.2.2. Nazisme

1.2.3. Holocaust/Sjoa

1.2.4. Fascisme

1.3. Welk oorzakelijk verband tussen einde WO1 en begin WO2

1.4. Verwoorden op welke wijze de Nazi's zijn overgegaan tot de Sjoa

1.5. Verloop van de Sjoa beschrijven

1.6. Voornaamste basisprincipes noemen mbt lesgeven over de Holocaust

2. Joods

2.1. Via moeder

2.2. Via bekering

2.3. Jood = aanhanger van joodse religie

2.4. Volk, traditie, manier van denken en leven

2.4.1. Meer dan de helft van de joden in Israël is niet godsdienstig

2.5. Meerdere nationaliteiten

2.6. Orthodoxe joden

3. Jodendom

3.1. Oudste monotheïstische religie

3.1.1. Geloven in 1 god

3.2. Uitverkorenen volk in bijbel

3.3. Geschiedenis

3.3.1. Abraham, Mozes --> Thora

3.3.2. Nieuwe Testament, Terechtstelling Jezus

3.4. Joodse Diaspora

3.4.1. 6e eeuw voor chr. Babylonie verovert Juda, verwoest jerazalem en tempel

3.4.1.1. Ballingschap babylonie

3.4.1.2. Vluchten Egypte

3.4.2. 70 n. chr Verwoesting 2e tempel

3.4.3. 135 n. chr. Joodse opstand tegen Romeinen neergeslagen

4. Sjoa

4.1. Endleusung: Definitieve oplossing voor Jodenprobleem

4.2. Reeds in 1919 schreef Hitler al over het oplossen van de Jodenkwestie

4.2.1. Uitlokken massale emigratie (wegpesten Joden) Jaren '30

4.2.2. Verbanning Europese landen (Lublin programma 1940)

4.2.3. Deportatie Madagascar 1940

4.2.4. Massale systematische vernietiging

4.3. Operatie Barbarossa

4.3.1. 22 juni valt Duitsland de Sovjet Unie aan

4.3.1.1. Communisme een verwerpelijke ideologie

4.3.1.2. Slavische bevolking minderwaardig ras

4.3.1.3. Hitler meende dat de Sovjet-Unie door Joden werd geleid

4.3.1.4. Leefruimte maken voor Arische ras

4.3.2. Plan

4.3.2.1. 36 miljoen mensen in Oost-Europa moeten plaats maken voor Arische mensen uit het westen

4.3.2.2. Inzet einzatsgruppen (mobiele moordescaders)

4.3.2.2.1. Gevaarlijke groepen uitschakelen (Communisten, Partizanen, Joden)

4.4. Start Sjoa

4.4.1. Probleem: leden einsatzgruppen getraumatiseerd

4.4.1.1. Introductie Gaswagen

4.4.2. Strijd Sovjet-Unie perfecte reden om tegelijkertijd Joden uit te schakelen

4.4.2.1. Door dynamiek Operatie Barbarossa kwam Sjoa in een stroomversnelling

4.4.3. Waarsschijnlijk gaf Hitler in december 1941 het bevel tot de Sjoa

4.4.3.1. Fasering Concentratiekampen

4.4.3.1.1. 1933-1936 Kleine strafkampen voor politieke vijanden en asoscialen

4.4.3.1.2. 1936-1942 Werk, -dwang, en Heropvoedkampen

4.4.3.1.3. 1942-1945 Vernietigingskampen

4.4.3.1.4. Vanaf oktober 1942 bevel tot deportatie naar Auschwitz of Majdanek in Polen

4.4.4. Nederlandse Joden

4.4.4.1. Tekenen Arier verklaring Herfst 1940

4.4.4.2. Anti-Joodse maatregelen

4.4.4.3. Alle Nederlandse Joden naar A'dam (140.000)

4.4.4.3.1. Jodenbuurt wordt afgesloten Ghetto

4.4.4.4. WA (weerbaarheidsafdeling van de NSB) vallen Joden lastig

4.4.4.5. Eerste Razzia's (22/23 februari 1941)

4.4.4.6. Dragen Jodenster (mei 1942)

4.4.4.7. Transport per trein (Veewagens)

4.4.4.7.1. Doorgangskamp Westerbork

4.5. De Sjoa in de klas

4.5.1. In de kerndoelen staat de Sjoa als verplichte lesstof, ook voor basisonderwijs

4.5.2. Welke bouw/groep

4.5.2.1. Sjoa als historisch feit alleen in bovenbouw

4.5.2.2. Sjoa in onder/middenbouw alleen tastbaar maken dmv bijv. prentenboek Tommy

4.5.3. Welke didactiek/aanpak

4.5.3.1. Principe: Safe in - Safe out

4.5.3.1.1. Richt je op de toekomst: leer kinderen een gevoel van verantwoordelijkheid voor de toekomst

4.5.3.1.2. Hoop meegeven, vertrouwen in de toekomst

4.5.4. Wat kan wel, wat kan niet

4.5.4.1. Niet

4.5.4.1.1. Gruwelijke foto's

4.5.4.1.2. Trauma's van dood en chaos

4.5.4.1.3. Wees niet huiverig om de Sjoa te behandelen

4.5.4.1.4. Vermijd eenvoudige antwoorden op een ingewikkeld verhaal

4.5.4.1.5. Bespreek het Joodse volk niet alleen binnen het kader van de Sjoa

4.5.4.1.6. Probeer de daders niet af te schilderen als onmenselijke monsters

4.5.4.1.7. Kies aangepaste leeractiviteiten, vermijd simulaties waardoor je de leerlingen aanspoort om zich te identificeren met de daders of de slachtoffers

4.5.4.1.8. Onderscheid hedendaagse en historische gebeurtenissen en vermijd a-historische vergelijkingen

4.5.4.2. Wel

4.5.4.2.1. Menselijk verhaal: het individu in de geschiedensi

4.5.4.2.2. Positieve leeromgeving, positieve leerproces en een leerlinggerichte aanpak

4.5.4.2.3. Geef het historisch verhaal een gezicht door feiten en cijfers om te zetten in persoonlijke verhalen

4.5.4.2.4. Geef uitvoerige en evenwichtige informatie over het onderwerp

4.5.4.2.5. Probeer je leerlingen aan te zetten om zich te verdiepen in de geschiedenis en de herinnering zowel plaatselijk, regionaal, landelijk en wereldwijd

4.5.4.2.6. Leef mee met de zorgen van je leerlingen

5. Genocide op de joden

5.1. Unieke gebeurtenis

5.2. Maakt deel uit van onszelf

5.3. Laat zien wat racisme/stereotypen kan aanrichten

5.4. Ultieme voorbeeld wat uitsluiting kan veroorzaken

6. Holocaust = brandoffer

6.1. 6 miljoen joodse mensen vermoord

6.2. Sjoa = catastrofe

6.3. Waarom joodse mensen

7. Wat is Antisemitisme

7.1. Haat tegen joden

7.1.1. Traditioneel

7.1.1.1. Voor 1789

7.1.1.1.1. Religieuze vooroordelen

7.1.1.1.2. Christendom moest Jodendom vervangen

7.1.1.1.3. Buiten de maatschappij

7.1.2. Modern

7.1.2.1. Na 1789

7.1.2.1.1. Onder invloed verlichting verandert positie Joden

7.1.2.1.2. Vrijheid, gelijkheid, broederschap

7.1.2.1.3. Van standenmaatschappij naar klassenmaatschappij

7.1.2.1.4. Alle mensen gelijke rechten

7.1.2.1.5. Nationalisme

7.1.2.1.6. Wereldcrisis ontstaat