Get Started. It's Free
or sign up with your email address
Middeleeuwen by Mind Map: Middeleeuwen

1. Maatschappij

1.1. Feodale stelsel

1.1.1. Grote piramide

1.1.1.1. Bovenaan vorst die aan vertrouwelingen bezit schenkt als leen => Vorst = leenheer

1.1.1.2. Leenmannen of vazallen kunnen zelf als leenheer optreden

1.1.1.2.1. Verplichtingen in ruil voor leen

1.1.2. Eerste klap tijdens grote pestepidimie

2. Godsdienst

2.1. Christendom

2.1.1. Bepaalt hoe je je leven leidt, hoe je omgaat met anderen & de hoop die je koestert wanneer je ongeluk en mislukkingen kent

2.1.2. Geeft een duidelijk doel aan het ploeteren van boeren en oorlogen van de adel

2.1.3. Bepaalt het leven niet, het is leven

2.1.4. Het leven is een testfase voor het hiernamaals

2.1.5. Bedevaartplekken ontstaan, relikwieën worden vereerd & processies gehouden

2.1.5.1. Jeruzalem moet het hoogste punt ter wereld zijn & in het centrum van alles liggen

2.1.6. Kunst kan misleiden, net zoals duivels

2.1.7. Toneel is te meeslepend

2.1.7.1. Wordt pas gebruikt wanneer de kerk er een propagandamiddel in ziet

2.1.8. Geestelijken

2.1.8.1. Pastoors

2.1.8.2. Bisschoppen

2.1.8.3. Pausen

2.1.8.4. Geestelijkheid groeit in bloeiperiode van de middeleeuwen tot machtige, rijke en op luxe gestelde organisatie

2.1.8.4.1. Zie je in de bouw van kerken , kathedralen bisschoppelijke paleizen & rijkelijke kleding

2.1.8.5. Steeds meer die pronkzucht bekritiseren en hoger ideaal nastreven

2.1.8.6. Wijden zich in afzondering aan hun geloof, stichten abdijen & voorzien vaak in eigen levensonderhoud

2.1.9. Kloosterorden volgen een stichter zoals Franciscus en Benedictus & zijn streng voor zichzelf

2.1.9.1. Rijkdom & uiterlijk vertoon niet toegelaten, geldt niet voor alle orden

2.1.9.1.1. Sommige zo succesvol en invloedrijk dat ze enorme stukken land en geld bezitten

2.1.10. Europa

2.1.10.1. Christendom

2.1.11. West-Europa

2.1.11.1. Rooms-Katholiek geloof

3. Positie van de vrouw

3.1. Rijke vrouwen

3.1.1. Adelijke vrouwen

3.1.1.1. Veel verantwoordelijkheden in het kasteel

3.1.1.1.1. Kasteelheer weg: vrouw is de baas

3.1.1.2. Einde Middeleeuwen

3.1.1.2.1. Vrouw beperkt zich tot

3.1.1.3. Trouwden rond 12-14 jaar

3.1.1.3.1. Niet getrouwd

3.1.1.3.2. Getrouwd

3.1.1.3.3. Mogen niet kiezen met wie

3.2. Arme vrouwen

3.2.1. Van lagere standen

3.2.1.1. Op het veld

3.2.1.1.1. Ploegen

3.2.1.1.2. Zaaien

3.2.1.1.3. Oogsten

3.2.1.2. In de steden

3.2.1.2.1. Ateliers

3.3. Vrouwen die zich bekeren zich tot het christendom

3.3.1. Wonen in klooster

3.4. Monikken

3.4.1. Stellen vrouwen in slecht daglicht

3.4.1.1. Vrouw = duivelse verleidster in hun ogen

3.4.1.1.1. Verhaal van zondeval in het Oude Testament

4. Taal

4.1. Latijn

4.2. 12e eeuw: 1e handschriften

4.2.1. Diets of Middelnederlands

5. Literatuur

5.1. Enkel geestelijken lezen en schrijven

5.2. Verhalen mondeling doorgeven

5.3. Minstrelen en troubadours

5.3.1. Verhalen en liedjes aan het hof

5.4. Acteurs, jongleurs en acrobateurs

5.4.1. Volk entertainen met spel en kunstjes

5.5. Volksteksten in rijm

5.5.1. => makkelijker te onthouden

5.6. Vele teksten anoniem overgeleverd

5.7. Koppelt het nuttige aan het aangename => steeds een moraal

5.8. Soorten literatuur

5.8.1. Ridderromans

5.8.2. De Karelroman

5.8.3. De hoofse ridderroman

5.8.3.1. De Brits-Keltische roman

5.8.3.2. De oosterse en klassieke roman

5.8.4. Religieuze epiek

5.8.5. Dierenepiek

5.8.6. Didactische literatuur

5.8.7. De rederijkers

5.8.8. Het lied

5.8.9. De mystiek

6. Manuscripten

6.1. Perkament en vele arbeidsintensieve miniaturen => erg kostbaar

6.2. Soms bladgoud verwerkt in miniaturen.

6.3. Bestaan maar enkele kopieën

6.4. Schriftelijke neerslag van teksten die voorgedragen worden

6.5. Vele verloren gegaan

6.5.1. Door vernietiging tijdens oorlogen en plunderingen of door recyclage

6.6. Palimpsest

6.7. Recycleren als boekbindersmateriaal of bladwijzer

6.8. Ingrediënten

6.8.1. Perkament

6.8.2. Inkt

6.8.2.1. Uit stenen, planten of insecten

6.8.3. Vel van schapen of geiten

6.8.3.1. Ontvleesd en onthaard, opgespannen in een spierraam en helemaal gladgeschaafd met kalk of pluimsteen

6.8.4. Jonge dieren en zeldzame stenen

6.8.4.1. Voor dure handschriften

6.9. Aan zijkanten van folio

6.9.1. Spaarzaam/ 2x dubbelgevouwen

6.9.2. Hele rij puntjes voor de lay-out

6.10. Belangrijke woorden in rode inkt, achteraf door rubricator ingevuld

6.11. Verluchter werkt af met versierde initialen, randversieringen en miniaturen

6.12. Volgeschreven en verluchte katernen bijeengevoegd door het koord in de vouwlijn vast te naaien aan rug van het handschrift

6.13. Houten plank met fluweel of leer beschermt katernen

6.14. Colofon is een zeldzaamheid

6.15. Kunstenaars met identiteit bestonden niet

6.16. Verhouding tussen tekst en beeld uitgebalanceerd

6.17. Initialen groeien vaak uit tot miniaturen

6.18. Impact middeleeuws beeld veel groter dan de zoveelste foto die wij dagelijks zien

6.19. Miniaturen bundelen verschillende functies in 1 beeld

6.20. Waarde

6.20.1. Toen: ongeveer evenveel als een stenen huis

6.20.2. Nu: Gemiddeld 1 750 000 euro